Uitspraak
1.DE PROCEDURE
2.DE VASTSTAANDE FEITEN
3.HET VERZOEK EN HET VERWEER
4.DE BEOORDELING
A ACHLP een, in zowel objectieve als subjectieve zin, dringende reden[heeft]
gegeven voor een ontslag op staande voet.Daarmee heeft het gerecht in de ontbindingsprocedure geoordeeld dat sprake is van een gewichtige redenen en wel in de vorm van een dringende reden als bedoeld in artikel 7A:1615o, eerste lid BW.
Van een valse reden in de zin van artikel 7A:1615s lid 2 aanhef en onder a is immers geen sprake omdat het gerecht op het verzoek tot (voorwaardelijke) ontbinding al heeft geoordeeld dat zich wel een dringende reden als bedoeld in artikel 7A:1615o eerste lid BW voordeed en aan dat oordeel gezag van gewijsde tussen partijen toekomt.
Ook op grond van het gevolgencriterium van artikel 7A:1615o lid 2 aanhef en onder b BW kan geen vergoeding naar billijkheid worden toegekend. Het gerecht heeft in de ontbindingsprocedure reeds geoordeeld, dat sprake is van een dringende reden om de arbeidsovereenkomst te ontbinden. Bij die toetsing spelen de gevolgen van de ontbinding mede een rol. Die zijn in dit geval ook meegewogen zoals uit de hierboven geciteerde rechtsoverweging 4.7 blijkt, maar hebben niet tot de conclusie geleid dat de ontbinding wegens dringende reden niet gerechtvaardigd is. Het zou ongerijmd zijn als diezelfde gevolgen dan toch tot een vergoeding naar billijkheid aanleiding zouden geven. Daar speelt een rol bij, dat in gevolge artikel 7A:1615w lid 5 BW slechts een vergoeding naar redelijkheid kan worden toegekend bij ontbinding wegens gewijzigde omstandigheden - waarvan in dit geval geen sprake is en niet bij ontbinding wegens dringende reden, welk geval zich hier nu juist voordeed.
Het valt dan ook niet in te zien hoe een schadevergoeding naar billijkheid als bedoeld in artikel 7A:1615s lid 1 BW wegens de kennelijke onredelijkheid van een ontslag, dat is gebaseerd op de dringende reden van artikel 7A:1615o lid 1 BW, op zijn plaats kan zijn, terwijl het gerecht in de voorwaardelijke ontbindingsprocedure heeft geoordeeld, dat die dringende reden grond is om de arbeidsovereenkomst zonder vergoeding te ontbinden, zo het ontslag op staande voet geen stand kan houden op, dan dus alleen of voornamelijk, formele en niet inhoudelijke gronden.