ECLI:NL:OGEAA:2015:138
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Kennelijk onredelijk ontslag van directeur van Protestants Christelijk Onderwijs Aruba
In deze zaak verzoekt A, de directeur van een onderwijsinstelling, het gerecht om te verklaren dat zijn ontslag door de Stichting Protestants Christelijk Onderwijs Aruba (Spcoa) kennelijk onredelijk is. A was sinds 1 augustus 2013 in dienst en zijn arbeidsovereenkomst werd per 1 september 2014 opgezegd vanwege disfunctioneren. A heeft het ontslag betwist en verzocht om herstel van de dienstbetrekking en doorbetaling van zijn salaris. Spcoa heeft verweer gevoerd en gesteld dat het ontslag rechtsgeldig was, met verwijzing naar verschillende documenten en rapporten die de redenen voor het ontslag onderbouwen.
De rechter heeft overwogen dat de grondslag van de vordering van A de kennelijke onredelijkheid van het ontslag betreft. De rechter benadrukt dat de bewijslast voor de kennelijke onredelijkheid bij A ligt. A heeft aangevoerd dat hij niet goed is ingewerkt en dat de slechte examenresultaten niet aan hem te wijten zijn. Spcoa heeft echter gedetailleerd onderbouwd dat het functioneren van A als directeur de belangrijkste reden voor het ontslag was en dat er goede gronden waren voor de beëindiging van de arbeidsovereenkomst.
Uiteindelijk concludeert de rechter dat A er niet in is geslaagd aan te tonen dat zijn ontslag kennelijk onredelijk was. Het verzoek van A wordt afgewezen, maar hij krijgt toestemming om kosteloos te procederen. A wordt veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van Spcoa, die worden begroot op Afl. 1.800,-. Deze beschikking is gegeven door mr. H. Mol en uitgesproken ter openbare terechtzitting op 30 juni 2015.