ECLI:NL:OGEAA:2014:9

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
21 februari 2014
Publicatiedatum
10 maart 2014
Zaaknummer
K.G. no. 154 van 2014
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.J. Noordhuizen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot overdracht van facturen in het kader van een factoringovereenkomst

In deze zaak, die werd behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, ging het om een kort geding tussen de naamloze vennootschap Blue Factor Aruba N.V. en Mantbraca Corporation N.V. Blue Factor vorderde dat Mantbraca zou worden verboden om over haar vorderingen op het Land Aruba te beschikken en dat Mantbraca haar vorderingen op het Land aan Blue Factor zou overdragen. Dit verzoek was gebaseerd op een factoringovereenkomst die Mantbraca had gesloten met Blue Factor, waarbij Mantbraca vorderingen op derden, waaronder de Stichting Fondo Desaroyo Aruba (FDA), had overgedragen aan Blue Factor.

De rechter oordeelde dat de vordering van Blue Factor niet kon worden toegewezen. De rechtbank stelde vast dat de debiteur in de contracten met Mantbraca de FDA was en niet het Land Aruba. Hierdoor kon Blue Factor niet worden toegestaan om vorderingen op het Land te verkrijgen, aangezien het Land niet in het geding was betrokken en de belangen van het Land niet konden worden gewogen. Bovendien was er onvoldoende bewijs dat Mantbraca een vordering op het Land had die aan Blue Factor kon worden overgedragen.

De rechter concludeerde dat het toewijzen van de vordering van Blue Factor zou neerkomen op het toestaan van een tekortkoming van Mantbraca jegens het Land, wat niet kon worden goedgekeurd. De belangenafweging leidde tot de conclusie dat het belang van Blue Factor bij de geforceerde overdracht verwaarloosbaar klein was, vooral gezien de reeds gelegde beslagen op de vorderingen van Mantbraca. Uiteindelijk werd Blue Factor veroordeeld in de proceskosten van Mantbraca, die op nihil aan griffierecht en explootkosten en AWG 1.500 aan salaris van de gemachtigde werden begroot.

Uitspraak

Vonnis van 21 februari 2014
K.G. no. 154 van 2014
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
VONNIS IN KORT GEDING
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
BLUE FACTOR ARUBA N.V.,
te Aruba,
hierna ook te noemen: Blue Factor,
gemachtigde: de advocaat mr. R.C. Samuels en mr. Ellis-Schipper,
tegen:
de naamloze vennootschap
MANTBRACA CORPORATION N.V.,
te Aruba,
hierna ook te noemen: Mantbraca,
gemachtigde: de advocaat mr.Z.T.M. Arendsz-Marchena.

1.DE PROCEDURE

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift met producties, tevens houdend verzoek tot het treffen van een ordemaatregel;
- de aantekeningen van de griffier van de behandeling ter openbare terechtzitting op 7 februari 2014, waar de gemachtigden van partijen het woord hebben gevoerd aan de hand van overgelegde pleitnotities en waar zij op elkaars stellingen hebben gereageerd.

2.DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1
In het kader van een factoringovereenkomst van 15 maart 2013 heeft Mantbraca meermaals overeenkomsten (“contract of sale and assignment”) getekend waarvan de strekking is dat zij vorderingen op Blue Factor overdraagt in ruil waarvoor Mantbraca door Blue Factor betaald krijgt.
2.2
Volgens deze overeenkomsten, voor zover in geding, wordt telkens een vordering van Mantbraca op de Stichting Fondo Desaroyo Aruba (verder: FDA) overgedragen. Mantbraca heeft het met de factoringovereenkomst corresponderende percentage van de vordering door Blue Factor steeds betaald gekregen. Blue Factor op haar beurt wordt niet door FDA betaald.
2.3
Op 28 januari 2014 heeft Blue Factor, na verkregen toestemming, ten laste van Mantbraca conservatoir derdenbeslag doen leggen onder zowel FDA als het Land Aruba (verder: het Land).
2.4
Ten laste van Mantbraca liggen meerdere beslagen onder het Land.

3.DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1
Blue Factor vordert dat het gerecht bij vonnis in kort geding, uitvoerbaar bij voorraad, Mantbraca bij wijze van ordemaatregel zal verbieden over haar vorderingen op het Land te beschikken of de positie van Blue Factor zal schade en voorts, in de hoofdzaak, de ordemaatregel zal bevestigen en Mantbraca zal veroordelen om haar vorderingen op het Land over te dragen aan Blue Factor, met veroordeling van Mantbraca in de proceskosten.
3.2
Mantbraca voert hiertegen verweer, met vordering tot veroordeling van Blue Factor in de proceskosten.

4.DE BEOORDELING

4.1
De vordering zal worden afgewezen. Niet blijkt immers dat met betrekking tot enige nu in geding zijnde “contract of sale and assignment” door Mantbraca een vordering op het Land wordt ‘verkocht’ en beoogd wordt deze over te dragen aan Blue Factor. In alle contracten is sprake van FDA als debiteur. Anders dan Blue Factor aanvoert is onvoldoende gesteld om het Land en FDA in dit opzicht te vereenzelvigen. Dat FDA in het verleden voor betaling van de rekeningen van het Land zorg droeg doet daaraan niet af.
4.2
Ook als wordt aangenomen dat de factoringovereenkomst op Mantbraca de verplichting legt om alsnog “contract of sale and assignment”-overeenkomsten met Blue Factor te sluiten, waarvan de strekking is dat vorderingen op het Land worden ‘verkocht’ en gecedeerd, althans de al gesloten overeenkomsten aldus moet worden uitgelegd dat partijen daarmee bedoeld hebben dat te bewerkstelligen, komt de vordering niet voor toewijzing in aanmerking. Mantbraca heeft er op gewezen dat het haar op grond van de uitvoeringsovereenkomst die na gunning van het project is gesloten, niet toegestaan is om zonder toestemming van FDA, vorderingen op het Land aan derden over te dragen. Onbetwist is dat die toestemming voor de nu aan de orde zijnde vorderingen niet is of zal worden gegeven. Het toewijzen van de vordering van Blue Factor zou daarmee neerkomen op het bij vonnis toestaan dat Blue Factor gebruik maakt van een tekortkoming van Mantbraca jegens het Land waarvan Blue Factor kennis draagt. Mede gezien de omstandigheid dat het Land niet in dit geding is betrokken, bijvoorbeeld door middel van een vordering jegens hem om, niettegenstaande het verbod, ‘verkoop’ en cessie te gehengen en gedogen, en dus de belangen van het Land niet ten volle kunnen worden afgewogen, komt de vordering niet voor toewijzing in aanmerking.
4.3
Ook een nadere belangenafweging maakt voorgaande niet anders. Hoewel het niet onmogelijk is om een vordering waarop beslag ligt over te dragen, betekent dat wel dat Blue Factor al gelegde beslagen moet respecteren. Door Blue Factor is niet voldoende gemotiveerd weersproken dat het bedrag waarvoor beslagen zijn gelegd de som die Mantbraca van het Land betaald moet krijgen zeer ruim overstijgt. Daarbij is overigens niet gesteld dat die vorderingen ongegrond zijn terwijl ook nog rekening gehouden moet worden met de omstandigheid dat het Land voornemens zou zijn hetgeen hij aan Mantbraca moet betalen te verrekenen met volgens het Land verschuldigde boete en/of schadevergoeding. Er blijft kortom naar alle waarschijnlijkheid onder de huidige omstandigheden weinig of niks over voor Blue Factor. Het belang van Blue Factor bij een geforceerde overdracht in kort geding is daarom verwaarloosbaar klein zodat ook om die reden de vordering sneuvelt.
4.4
Als de in het ongelijk te stellen partij zal Blue Factor tot vergoeding van de proceskosten van Mantbraca worden veroordeeld.

5.DE UITSPRAAK

De rechter in dit gerecht, recht doende in kort geding:
wijst de vordering af;
veroordeelt Blue Factor in de kosten van de procedure, welke kosten tot op heden aan de zijde van Mantbraca worden begroot op nihil aan griffierecht, nihil aan explootkosten en AWG 1.500, aan salaris van de gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J. Noordhuizen, rechter, en werd uitgesproken ter openbare terechtzitting van vrijdag 21 februari 2014 in aanwezigheid van de griffier.