ECLI:NL:OGEAA:2014:31
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Kennelijk onredelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst van een werknemer door het Land Aruba
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 14 oktober 2014 uitspraak gedaan in een geschil tussen een werknemer, aangeduid als [x], en de openbare rechtspersoon Het Land Aruba. De werknemer verzocht om te verklaren dat de beëindiging van haar dienstverband per 27 april 2014 kennelijk onredelijk was en vroeg om herstel van het dienstverband, alsook om een vergoeding voor het gemiste salaris. De werknemer was sinds 2005 in dienst bij Het Land en had een arbeidsovereenkomst die op 27 april 2014 zonder opgave van redenen was beëindigd, zonder inachtneming van een redelijke opzegtermijn en zonder enige financiële voorziening. Het Gerecht oordeelde dat Het Land zich niet had gehouden aan de wettelijke voorschriften voor beëindiging van de arbeidsovereenkomst, zoals vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek van Aruba. Het Gerecht stelde vast dat de beëindiging van het dienstverband kennelijk onredelijk was, omdat Het Land geen redelijke opzegtermijn had in acht genomen en geen financiële compensatie had geboden aan de werknemer, die in een kwetsbare positie verkeerde. Het Gerecht herstelde het dienstverband met terugwerkende kracht en veroordeelde Het Land om de werknemer een vergoeding te betalen gelijk aan het netto salaris vanaf de datum van beëindiging tot aan de dag dat het salaris weer wordt hervat of het dienstverband op rechtsgeldige wijze wordt beëindigd. Tevens werd Het Land veroordeeld in de proceskosten van de werknemer. Deze uitspraak benadrukt de verplichtingen van werkgevers om zich aan de wet te houden bij het beëindigen van arbeidsrelaties, zelfs in tijden van financiële moeilijkheden.