In deze zaak heeft het Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba op 19 mei 2025 uitspraak gedaan op het bezwaar van klager, de Gouverneur van Aruba, tegen de schorsing die hem was opgelegd. Klager, werkzaam als directeur bij de Directie Infrastructuur en Planning, was in juli 2023 geschorst in verband met een lopend disciplinair onderzoek naar vermeend plichtsverzuim. Klager had bezwaar gemaakt tegen deze schorsing, stellende dat er onvoldoende grond was voor de ordemaatregel en dat zijn aanwezigheid op het werk het onderzoek niet zou bemoeilijken. Het gerecht heeft de argumenten van klager overwogen en geconcludeerd dat de schorsing in redelijkheid in het belang van de dienst kan worden geacht, gezien de ernst van de beschuldigingen. Echter, het gerecht heeft ook vastgesteld dat de schorsing niet langer mag duren dan noodzakelijk. Gezien de lange duur van het onderzoek, dat inmiddels meer dan dertien maanden had geduurd zonder dat er een beslissing was genomen over de disciplinaire strafoplegging, heeft het gerecht de schorsing gewijzigd. De schorsing zal nu duren tot uiterlijk drie weken na de datum van de uitspraak. Klager is in het gelijk gesteld, en verweerder is veroordeeld in de kosten van de procedure.