Bij de bestreden beschikking heeft verweerder besloten:
I. aan te tekenen dat verzoekster op 20 december 2023 is aangehouden en in verzekering werd gesteld;
II. vast te leggen dat verzoekster met ingang van 30 december 2023 van rechtswege geschorst is op grond van artikel 88, eerste lid 1, sub a, van de Lma, voor de duur van de voorlopige hechtenis;
III. te bepalen dat verzoekster, ongeacht de duur van de voorlopige hechtenis, met ingang van de dag na dagtekening van onderhavige beschikking geschorst wordt op grond van artikel 87, sub a, van de Lma, voor de duur van de strafrechtelijke vervolging totdat er een einduitspraak is in de strafzaak en het bevoegd gezag een besluit genomen heeft over de disciplinaire strafoplegging;
IV. te bepalen dat, mocht de strafvervolging stopgezet worden, onmiddellijk aansluitend op het einde van de schorsing conform artikel 87, sub a, van de Lma verzoekster op grond van artikel 87, sub c, van de Lma, in het belang van de dienst geschorst wordt;
V. dat de onder punt IV genoemde schorsing conform artikel 87, sub c, van de Lma
zal duren tot op de dag waarop het bevoegd gezag een besluit genomen heeft omtrent de disciplinaire strafoplegging;
VI. vast te leggen dat het inkomen van verzoekster met toepassing van artikel 89, eerste lid, van de Lma tijdens de schorsing, bedoeld in punt II en III, voor één derde deel ingehouden wordt en te bepalen dat de bezoldiging gedurende vermelde schorsing met ingang van 10 februari 2024 volledig ingehouden wordt, zo lang de voorlopige hechtenis voortduurt;
VII. vast te leggen dat mocht de voorlopige hechtenis van verzoekster beëindigd worden, de bezoldiging voor het resterende gedeelte van de schorsing in punt III, voor een derde deel wordt ingehouden;
VIII. te bepalen dat indien verzoekster vrijgesteld wordt van strafvervolging of de voorlopige hechtenis beëindigd wordt, zij het bewijs hiervan onverwijld moet indienen bij de DPS, met het oog op de bepaling van de start van de schorsing ex artikel 87, sub c, van de Lma en de stopzetting of vermindering van de inhouding van bezoldiging.