ECLI:NL:OGAACMB:2023:58

Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
13 november 2023
Publicatiedatum
27 mei 2024
Zaaknummer
AUA202204324
Instantie
Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Ambtenarenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • N.K. Engelbrecht
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bezwaarschrift tegen de beslissing van de Gouverneur van Aruba inzake bevordering ambtenaar

In deze zaak heeft het Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba op 13 november 2023 uitspraak gedaan over het bezwaar van klager, een ambtenaar, tegen een brief van de Gouverneur van Aruba. Klager had bezwaar gemaakt tegen de ingangsdatum van zijn bevordering, die volgens hem in strijd was met eerdere toezeggingen van voormalige ministers en de vakbond TOPA. Klager stelde dat hij recht had op bevordering naar schaal 7 met terugwerkende kracht naar 1 mei 2013, omdat hij de Kaderopleiding succesvol had afgerond. De Gouverneur had echter in een brief van 26 oktober 2022 medegedeeld dat de bevordering van klager zou plaatsvinden in het kader van een inpassing c.q. plaatsingsprocedure, die voor alle medewerkers van de Inmigracion Aruba zou gelden. Klager was van mening dat deze brief een beschikking was waartegen bezwaar kon worden gemaakt.

Het Gerecht heeft echter geoordeeld dat de brief van de Gouverneur geen beschikking is in de zin van de Landsverordening ambtenarenrechtspraak, omdat deze enkel informatieve aard had en geen rechtsgevolgen met zich meebracht. Het Gerecht heeft geconcludeerd dat klager niet-ontvankelijk is in zijn bezwaar, omdat de brief geen voor bezwaar vatbare beslissing bevatte. Klager kan in de toekomst bezwaar maken tegen het Landsbesluit dat zijn bevordering regelt, indien hij het niet eens is met de ingangsdatum van die bevordering. De uitspraak eindigt met de mededeling dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling.

Uitspraak

Uitspraak van 13 november 2023
Gaza nr. AUA202204324

HET GERECHT IN AMBTENARENZAKEN VAN ARUBA

UITSPRAAK
op het bezwaar van:

[Klager],

wonend te Aruba,
KLAGER,
gemachtigde: mr. L.A. Hernandis,
tegen:

DE GOUVERNEUR VAN ARUBA,

zetelend te Aruba,
VERWEERDER,
gemachtigde: mr. V.M. Emerencia (DWJZ).

PROCESVERLOOP

Bij brief van 26 oktober 2022, door klager ontvangen op 21 november 2022, heeft verweerder klager bericht dat de Inmigracion Aruba (Inmigracion) is ingesteld, en dat de bevordering van klager bij de inpassing c.q. plaatsingsprocedure zal geschieden.
Daartegen heeft klager op 8 december 2022 bezwaar gemaakt.
Verweerder heeft op 30 mei 2023 stukken ingediend.
Het gerecht heeft de zaak ter zitting behandeld op 5 juni 2023. Klager is verschenen bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Hierna is de zaak verwezen naar de rol voor schriftelijke uitlating zijdens klager en reactie zijdens verweerder.
Bij e-mailbericht van 26 juni 2023 heeft klager zich uitgelaten, en bij e-mailbericht van 5 juli 2023 heeft verweerder hierop gereageerd.
De uitspraak is vervolgens bepaald op heden.

OVERWEGINGEN

De standpunten van partijen

1.1
Klager kan zich niet verenigen met de in de door hem bestreden beschikking vermelde ingangsdatum voor zijn bevordering en stelt dat deze beslissing in strijd is met het vertrouwens-, zorgvuldigheids-, rechtszekerheids-, en motiveringsbeginsel. Ter onderbouwing hiervan heeft hij aangevoerd dat de voormalige ministers van Justitie hem hebben toegezegd en met de vakbond TOPA hebben afgesproken, dat klager op grond van het behalen van de Kaderopleiding zal worden bevorderd naar schalen 7 en 8. Hij heeft de Kaderopleiding op 12 april 2013 met goed gevolg afgerond. Dit betekent dat hij reeds met ingang van 1 mei 2013 dient te worden bevorderd naar schaal 7.
1.2
In de bestreden beschikking staat – voor zover hier van belang – het volgende:
“ (…) Bij landsbesluit van 12 mei 2021 No. 2 (…) is met ingang van 1 mei 2021 de Inmigracion Aruba ingesteld en het Instituto Alarma y Seguridad Aruba opgeheven. Aangezien de Inmigracion Aruba is ingesteld en de functie van medewerker grenscontrole is geherwaardeerd tot het maximale niveau van schaal 7 worden alle bevorderingsverzoeken c.q. voorstellen van de medewerkers grenscontrole naar de respectievelijke rangen van hoofdimmigratieambtenaar 2de klasse (schaal 7) en hoofdimmigratieambtenaar 2de klasse A (schaal 8) én die reeds in de rang van immigratieambtenaar 1ste klasse A (schaal 6) zijn bevorderd bij inpassing/plaatsing afgehandeld.
De inpassing/plaatsing zal voor het gehele personeel van de Inmigracion Aruba geschieden. U werd met ingang van 1 maart 2010 naar de rang van immigratieambtenaar 1ste klasse A (schaal 6) bevorderd. U kan met ingang van 1 mei 2021 worden bevorderd naar de rang van hoofdimmigratieambtenaar 2de klasse (schaal 7), mits u voldoet aan de overige bevorderingseisen.
De behandeling van de bevordering naar de respectievelijke rangen van hoofdimmigratie ambtenaar 2de klasse (schaal 7) en hoofdimmigratie ambtenaar 2de klasse A (schaal 8) zal bij de inpassing/plaatsingsprocedure geschieden. (…)”.
1.3
Verweerder heeft betoogd dat klager niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, omdat de door hem bestreden brief van 26 oktober 2022 geen beschikking is in de zin van artikel 35, eerste lid van de Landsverordening ambtenarenrechtspraak (La), nu die brief van informatieve aard is waaraan geen rechtsgevolgen zijn verbonden.
De beoordeling
2. Ingevolge artikel 35 van de Landsverordening ambtenarenrechtspraak (La) kan een bezwaarschrift worden ingediend ter zake dat beschikkingen, handelingen of weigeringen (om te beschikken of te handelen), ten aanzien van een ambtenaar als zodanig, door een administratief orgaan genomen, verricht of uitgesproken, feitelijk of rechtens met de toepasselijke algemeen verbindende voorschriften strijden, of dat bij het nemen, verrichten of uitspreken daarvan het administratief orgaan van zijn bevoegdheid kennelijk een ander gebruik heeft gemaakt dan tot de doeleinden waarvoor die bevoegdheid is gegeven.
3.1
Naar het oordeel van het gerecht heeft verweerder terecht betoogd dat klager niet-ontvankelijk is in zijn bezwaar. Het gerecht overweegt daartoe als volgt.
Bij de bestreden brief is aan klager onder andere bericht dat zijn bevordering, samen met die van het hele personeel van de Inmigracion, bij de inpassing c.q. plaatsing zal worden behandeld, en dat hij met ingang van de datum waarop de Inmigracion is ingesteld, zijnde 1 mei 2021, in aanmerking komt voor een bevordering naar de rang van hoofdimmigratieambtenaar 2de klasse (schaal 7). Klager is bij deze brief evenwel niet bevorderd. De brief bevat dus alleen een aankondiging c.q. mededeling over een ophanden zijnde beslissing, en behelst geen voor bezwaar vatbare beslissing of handeling, als bedoeld in artikel 35, eerste lid van de La. Gelet hierop staat tegen deze brief geen bezwaar bij het gerecht open. Klager kan te zijner tijd opkomen tegen het Landsbesluit inhoudende zijn bevordering, indien hij het niet eens is met de ingangsdatum van die bevordering.
3.2.
Het vorenstaande leidt tot de conclusie dat het bezwaar van klager niet-ontvankelijk dient te worden verklaard.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
- verklaart het bezwaar niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gegeven door mr. N.K. Engelbrecht, ambtenarenrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 13 november 2023 in aanwezigheid van de griffier.
Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen hoger beroep instellen bij de Raad van beroep in ambtenarenzaken. Daarbij dient de volgende termijn in acht te worden genomen:
  • Als de indiener van het hoger beroep of zijn gemachtigde bij de uitspraak aanwezig is geweest: binnen dertig dagen na de dag van de uitspraak;
  • In de andere gevallen: binnen dertig dagen na de dag van de toezending of de terhandstelling van een afschrift van de uitspraak.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij:
De griffie van de Raad van Beroep in ambtenarenzaken
J.G. Emanstraat 51
Oranjestad
Aruba
U wordt verzocht bij het indienen van het beroepschrift het volgende in acht te nemen:
1. Leg bij het beroepschrift een afschrift over van deze uitspraak;
2. Onderteken het beroepschrift en vermeld het volgende:
a. de naam en het adres van de indiener of de gemachtigde,
b. de datum van ondertekening,
c. waartegen u in hoger beroep komt,
d. waarom u het niet eens bent met deze uitspraak (de gronden van het hoger beroep).
Voor het instellen van hoger beroep is geen griffierecht verschuldigd.