In deze zaak hebben twee ambtenaren, werkzaam bij de Gele Koorts Muskieten Bestrijding (GKMB), bezwaar gemaakt tegen ministeriële beschikkingen die hen een toelage van 25% tijdens hun terbeschikkingstelling aan het Bureau City Inspector (BCI) hebben ontzegd. De klagers stelden dat hen door het hoofd van het BCI was toegezegd dat zij deze toelage zouden ontvangen, en dat de weigering om deze toe te kennen in strijd was met het vertrouwensbeginsel. De zaak werd behandeld op 21 november 2022, waarbij de klagers in persoon verschenen en de verweerders vertegenwoordigd werden door hun gemachtigde, mr. Y.F.M. Kaarsbaan.
Het gerecht heeft de standpunten van beide partijen gehoord. Klagers voerden aan dat zonder de toezegging van de toelage zij niet hadden ingestemd met de terbeschikkingstelling. Verweerders ontkenden de toezegging en stelden dat het beroep op het vertrouwensbeginsel niet kon slagen. Het gerecht heeft vervolgens de juridische kwalificatie van de uitlatingen beoordeeld en geconcludeerd dat de toezegging aan de klagers kon worden toegerekend aan de verweerders, aangezien de ministerraad had ingestemd met de terbeschikkingstelling onder de voorwaarde van de 25%-toelage.
Uiteindelijk oordeelde het gerecht dat het beroep op het vertrouwensbeginsel slaagde en dat de klagers recht hadden op de toegezegde toelage over de maanden januari en februari 2022. De ministeriële beschikkingen werden vernietigd en verweerders werden verplicht om de toelage uiterlijk bij de uitbetaling van de bezoldiging van april 2023 aan klagers uit te betalen. De uitspraak werd gedaan door mr. N.K. Engelbrecht op 6 maart 2023.