Uitspraak
DE GOUVERNEUR VAN SINT MAARTEN,
Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak heeft het Gerecht in Ambtenarenzaken van Sint Maarten uitspraak gedaan over de weigering van de Minister van Justitie om over te gaan tot betaling van vier jaarlijkse vergoedingen van de studieschuld van klaagster. Klaagster, die in dienst is bij het Eilandgebied Sint Maarten, had recht op een jaarlijkse vergoeding van 10% van haar studieschuld op basis van het Incentive beleid. Het Gerecht heeft vastgesteld dat klaagster gedurende 10 jaar op het verkeerde been is gezet door verweerder, die niet tijdig en adequaat op haar verzoeken heeft gereageerd. Het Gerecht oordeelde dat de Gouverneur en het Land niet als verweerders konden worden aangemerkt, en dat de Minister van Justitie het bevoegde gezag was. Het Gerecht heeft de weigering van de Minister om de vergoedingen te betalen als onterecht beoordeeld en heeft verweerder opgedragen om binnen zes weken over te gaan tot betaling van USD 21.415,96 aan klaagster. De uitspraak benadrukt de schending van het beginsel van behoorlijk bestuur, met name het fair play beginsel, door de lange termijn van onduidelijkheid en gebrek aan communicatie van de zijde van verweerder.