ECLI:NL:OGAACMB:2021:112

Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
18 oktober 2021
Publicatiedatum
20 januari 2022
Zaaknummer
AUA202003005
Instantie
Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Ambtenarenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • N.K. Engelbrecht
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bezwaarschrift tegen de verplichting om lessen Natuur en Techniek te verzorgen door een ambtenaar in het onderwijs

In deze zaak heeft klager, een ambtenaar werkzaam in het onderwijs, bezwaar gemaakt tegen een beschikking van de Minister van Onderwijs, Wetenschap en Duurzame Ontwikkeling. De minister had klager opgedragen om lessen Natuur en Techniek (N&T) te verzorgen, terwijl klager stelde dat hij niet bevoegd noch bekwaam was om deze lessen te geven. Klager was oorspronkelijk aangesteld als leerkracht scheikunde en had eerder de functie van adjunct-directeur bekleed. Hij voerde aan dat de beslissing om hem N&T-lessen te laten verzorgen in strijd was met zijn aanstellingsbesluit en onverantwoord was.

Het procesverloop begon met een brief van het managementteam van de Dienst Publieke Scholen, waarin klager werd ingeroosterd voor 32 lesuren per week, inclusief 12 lesuren N&T. Klager maakte bezwaar en diende een bezwaarschrift in bij het gerecht. Tijdens de zitting op 10 mei 2021 was klager aanwezig, maar de minister verscheen niet. Klager overhandigde nadere stukken, waarna de uitspraak werd aangehouden.

Het gerecht oordeelde dat klager onvoldoende procesbelang had bij zijn bezwaar, omdat de bestreden beschikking inmiddels was uitgewerkt en het schooljaar 2020-2021 bijna ten einde was. Klager had de N&T-lessen al gegeven, waardoor het doel van zijn bezwaar niet meer kon worden bereikt. Het gerecht verklaarde het bezwaar niet-ontvankelijk, wat betekent dat klager geen recht had op de door hem gevraagde beoordeling van de beschikking.

Uitspraak

Uitspraak van 18 oktober 2021
Gaza nr. AUA202003005

HET GERECHT IN AMBTENARENZAKEN VAN ARUBA

UITSPRAAK
op het bezwaar in de zin van
de Landsverordening ambtenarenrechtspraak (La) van:

[Klager],

wonend in Aruba,
KLAGER,
gemachtigde: mr. L.A. Hernandis,
tegen:

DE MINISTER VAN ONDERWIJS, WETENSCHAP EN DUURZAME ONTWIKKELING,

zetelend in Aruba,
VERWEERDER,
niet verschenen.

PROCESVERLOOP

Bij ongedateerde brief, met onderwerp: uw inzet in schooljaar 2020/2021, (door klager ontvangen op 30 oktober 2020) heeft het managementteam van de Dienst Publieke Scholen klager bericht dat hij met ingang van 1 november 2020 is ingeroosterd voor 32 lesuren per week bij Ceque College, waaronder 12 lesuren Natuur en Techniek (N&T).
Bij brief van 3 november 2020 heeft klager het Managementteam bericht dat hij niet bevoegd noch bekwaam is om de lessen voor het vak N&T te verzorgen zodat hij die lessen niet zal verzorgen, en dat hij conform zijn aanstellingsbesluit, ingezet moet worden als scheikunde/natuurkunde leraar bij Ceque College-mavo voor 25 lesuren en bij het EPI voor 7 lesuren.
Bij beschikking van 6 november 2020 (de bestreden beschikking), heeft verweerder klager met toepassing van artikel 52 LMA opgedragen om voor de duur van het schooljaar 2020-2021, de lessen voor het vak N&T te verzorgen.
Hiertegen heeft klager bezwaar gemaakt door indiening van een bezwaarschrift bij dit gerecht op 25 november 2020.
Verweerder heeft geen contramemorie ingediend, noch de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd.
Het gerecht heeft de zaak ter zitting behandeld op 10 mei 2021. Klager is in persoon verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde voornoemd. Verweerder is niet verschenen.
Klager heeft op 25 mei 2021 nadere stukken overgelegd, waarna de uitspraak nader is bepaald op heden.

OVERWEGINGEN

Standpunten van partijen

1.1
Verweerder heeft aan de bestreden beschikking ten grondslag dat klager, in het belang van de goede voortgang van het onderwijs, wordt opgedragen om de lessen van N&T te verzorgen, en dat de inspectie van het onderwijs geen problemen heeft met de inzet van klager als N&T leraar.
1.2
Klager kan zich niet verenigen met de beslissing hem voor het schooljaar 2020-2021 N&T lessen te laten verzorgen, en heeft zich daarbij op het standpunt gesteld dat deze beslissing onverantwoord, niet van tijdelijke aard, en in strijd met zijn aanstellingsbesluit is. Ter onderbouwing hiervan heeft klager -samengevat- aangevoerd dat hij is aangenomen als leerkracht scheikunde op een mavo en het Examenbureau voor 21 lesuren en op de mts (thans EPI) voor 7 lesuren, dat hij vanaf oktober 2018 tot en met juli 2020 de functie van adjunct-directeur bij Ceque College (mavo) heeft bekleed en dat hij niet bevoegd noch bekwaam is om het vak N&T te doceren. Vanaf het schooljaar 2020/2021 had hij moeten worden teruggeplaatst als leerkracht scheikunde op een mavo voor 25 lesuren en op de EPI voor 7 lesuren, aldus klager. Ter zitting heeft klager desgevraagd geantwoord dat zijn belang hierin is gelegen, dat hij voor een komend schooljaar wordt ingeroosterd conform zijn aanstellingsbesluit.
Beoordeling
2.1
Het gerecht ziet zich geplaatst voor de vraag of klager voldoende procesbelang heeft bij de beoordeling van zijn bezwaar. Van een processueel belang is pas sprake indien het resultaat dat de indiener van een bezwaarschrift met het maken van bezwaar nastreeft, ook daadwerkelijk kan worden bereikt en het realiseren van dat resultaat voor die indiener feitelijke betekenis kan hebben. Het hebben van een louter formeel of principieel belang is onvoldoende voor het aannemen van procesbelang.
2.2
De bestreden beschikking, waarbij verweerder klager voor de duur van het schooljaar 2020-2021 heeft opgedragen om 12 lesuren per week het vak N&T te doceren, is inmiddels uitgewerkt. Immers, ten tijde van de behandeling ter zitting in mei 2021, was het schooljaar al bijna geëindigd, terwijl inmiddels het schooljaar 2021-2022 is aangevangen. Het doel dat klager met het instellen van zijn bezwaar beoogde, namelijk dat hij gedurende het schooljaar 2020-2021 het vak N&T niet hoeft te doceren, kan thans dan ook niet meer worden bereikt. Het gerecht neemt hierbij ook in aanmerking dat klager desgevraagd ter zitting te kennen heeft gegeven dat hij vanaf november 2020 de N&T-lessen heeft gegeven. Gelet hierop is naar het oordeel van het gerecht het procesbelang van klager bij onderhavig bezwaar komen te vervallen.
2.3
Dit betekent dat het bezwaar niet-ontvankelijk dient te worden verklaard.

BESLISSING

De rechter in dit gerecht:
- verklaart het bezwaar niet-ontvankelijk.
Aldus gegeven door mr. N.K. Engelbrecht, rechter in ambtenarenzaken, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 18 oktober 2021, in tegenwoordigheid van de griffier.
Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen hoger beroep instellen bij de Raad van beroep in ambtenarenzaken. Daarbij dient de volgende termijn in acht te worden genomen:
  • Als de indiener van het hoger beroep of zijn gemachtigde bij de uitspraak aanwezig is geweest: Binnen dertig dagen na de dag van de uitspraak;
  • In de andere gevallen: Binnen dertig dagen na de dag van de toezending of de terhandstelling van een afschrift van de uitspraak.
Het beroepschrift moet worden ingediend bij:
De griffie van de Raad van Beroep in ambtenarenzaken
J.G. Emanstraat 51
Oranjestad
Aruba
U wordt verzocht bij het indienen van het beroepschrift het volgende in acht te nemen:
1. Leg bij het beroepschrift een afschrift over van deze uitspraak;
2. Onderteken het beroepschrift en vermeld het volgende:
a. de naam en het adres van de indiener of de gemachtigde,
b. de datum van ondertekening,
c. waartegen u in hoger beroep komt,
d. waarom u het niet eens bent met deze uitspraak (de gronden van het hoger beroep).
Voor het instellen van hoger beroep is geen griffierecht verschuldigd.