Uitspraak
GERECHT IN AMBTENARENZAKEN VAN CURAÇAO
[klager],
de Regering van Curaçao,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
verklaarthet bezwaar
ongegrond.
Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een ambtenaar van politie, klager, die een disciplinaire straf van voorwaardelijk ontslag heeft gekregen van de Regering van Curaçao. Klager was sinds 1 oktober 1990 in dienst en had op 23 januari 2018 een nachtdienst. Tijdens deze dienst weigerde hij een opdracht van zijn Teamleider om een vervanger op te halen, omdat zijn collega zich ziek had gemeld. Klager meldde zich vervolgens ook ziek. De Regering van Curaçao legde hem op 3 oktober 2018 een disciplinaire straf op, die niet ten uitvoer zou worden gelegd tenzij hij zich binnen twee jaar opnieuw schuldig maakte aan plichtsverzuim. Klager maakte bezwaar tegen deze straf, maar het Gerecht in Ambtenarenzaken oordeelde dat de straf gerechtvaardigd was. Het Gerecht concludeerde dat klager had moeten inzien dat zijn weigering om de opdracht uit te voeren nadelige gevolgen kon hebben voor de nachtdienst en mogelijk levensgevaarlijke situaties voor burgers kon bemoeilijken. Klager had niet aangetoond dat hij daadwerkelijk ziek was op de bewuste dag en zijn verweer werd als onvoldoende onderbouwd beschouwd. Het Gerecht verklaarde het bezwaar van klager ongegrond en bevestigde de disciplinaire straf.