In deze zaak heeft klaagster, de Gouverneur van Aruba, bezwaar gemaakt tegen de wijziging van de ingangsdatum van haar plaatsing in de functie van chef verblijf en toelichting. Klaagster was eerder ontheven uit haar functie en had bezwaar gemaakt tegen de beslissing van verweerder, die de ingangsdatum van haar plaatsing had gewijzigd van 1 oktober 2013 naar 1 oktober 2017. Klaagster stelde dat zij vanaf 1 oktober 2013 de functie daadwerkelijk bekleedde en dat de wijziging haar financieel benadeelde. Verweerder voerde aan dat de wijziging een fout herstelde en dat de functie pas per 1 oktober 2017 vacant was. Het gerecht heeft de ontvankelijkheid van het bezwaar beoordeeld en vastgesteld dat klaagster haar bezwaar tijdig had ingediend, omdat zij pas op 27 januari 2020 kennis had genomen van de bestreden beschikking. Het gerecht oordeelde dat verweerder onvoldoende gemotiveerd had waarom klaagster niet eerder in de functie kon worden geplaatst. De bestreden beschikking werd vernietigd en verweerder werd opgedragen om binnen drie maanden opnieuw te beslissen over de ingangsdatum van de plaatsing van klaagster in de functie van chef verblijf en toelichting.