In deze zaak heeft het Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba op 18 november 2019 uitspraak gedaan in het bezwaar van klaagster, de Gouverneur van Aruba, tegen de beslissing van verweerder om haar verzoek om bevordering naar de rang van commies (schaal 8) en commies 1ste klasse (schaal 9) af te wijzen. Klaagster, die sinds 22 september 2014 eervol ontslagen is uit de overheidsdienst, heeft in het verleden meerdere verzoeken tot bevordering ingediend, maar deze zijn steeds afgewezen op basis van de waardering van haar functie als Chef afdeling secretariaat bij de Directie Telecommunicatiezaken, die maximaal op schaal 7 is gewaardeerd. Klaagster heeft bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van haar verzoek van 6 november 2017, waarin zij stelde dat haar functie in de periode 2010-2014 hoger gewaardeerd had moeten worden. Het gerecht heeft vastgesteld dat klaagster haar bezwaarschrift tijdig heeft ingediend, maar dat er geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden zijn die aanleiding geven om de eerdere beslissing te herzien. Het beroep op het gelijkheidsbeginsel faalde, omdat de functies die klaagster aanhaalde niet vergelijkbaar waren met die van haar. Het gerecht heeft geoordeeld dat verweerder in redelijkheid kon weigeren om terug te komen op zijn eerdere beslissing en heeft het bezwaar van klaagster ongegrond verklaard.