3.1De volgende feiten staan vast.
- Klager is bij Landsbesluit van 8 mei 2001 ingaande 1 februari 2000 bij het Korps Politie St. Maarten, Saba en Sint Eustatius, in dienst getreden voor de duur van de opleiding tot hulpagent.
- Bij Landsbesluit van 9 april 2002 is klager met ingang van 1 januari 2002 benoemd in de functie van Medewerker Basis Politie Zorg in de rang van Hulpagent.
- Bij Landsbesluit van 5 juli 2007 is de bezoldiging van klager herzien, aldus dat hij met ingang van 1 januari 2004 schaal 5p, trede 1 ontvangt, per 1 januari 2005 schaal 5p trede 2, per 1 januari 2006 schaal 5p trede 3 en per 1 januari 2007 schaal 6p trede 1.
- Bij Landsbesluit van 21 oktober 2009 is klager per 1 januari 2009 benoemd in de functie van Medewerker Basis Politie Zorg in de rang van Brigadier van Politie in schaal 6p trede 3.
- Met het oog op de overgang naar het land Sint Maarten als de nieuwe bestuursorganisatie kreeg klager bij brief van 20 september 2010 een nieuwe plaatsing aangeboden. Dit betrof de functie van ‘Tactisch Rechercheur Zware Criminaliteit Bestrijding’ bij de Korps Politie Sint Maarten (KPSM) met als schaal 6p, bezoldigingstrede 4 met een bovenwindse toelage van 16,3%.
- Klager heeft een bezwaarschrift ingediend bij de vereffeningscommissie betreffende de rechttrekking van zijn rechtspositie. Deze werd toegewezen zoals verzocht en uitbetaald van 1 januari 2004 tot en met 10 oktober 2010.
- In een Communiqué van 30 mei 2011 is bekend gemaakt dat klager per 27 mei 2011 is geplaatst bij de sector Forensische Opsporing als Digitaal Rechercheur.
- Bij Landsbesluit van 30 mei 2013 is klager per 1 januari 2013 bevorderd naar de rang van Hoofdagent van politie in de functie Specialistisch Rechercheur met taakaccent Digitaal in schaal 8 trede 1 met een Bovenwindse toelage van 16,3%.
- Bij Landsbesluit van 4 februari 2016 is de bezoldiging van klager, werkzaam als Tactisch Rechercheur Zware Criminaliteit Bestrijding bij het KPSM, opnieuw vastgesteld aldus dat hij per 10 oktober 2010 schaal 7p trede 1 ontvangt, met ingang van 1 januari 2013 schaal 8p, trede 1, met ingang van 1 januari 2014 schaal 8p, trede 2 en met ingang van 1 januari 2015, schaal 8p, trede 3, met een Bovenwindse toelage van 16,3%.
- Bij brief van 22 maart 2017 heeft klager zich tot de Minister van Justitie gewend om zijn rechtspositie recht te trekken.
- Bij schrijven van 15 mei 2017 heeft klager gerappelleerd bij verweerder. Hij vraagt in deze brief om het Landsbesluit van 4 februari 2016 in te trekken omdat hij in dat besluit foutief pas per 10 oktober 2010 in schaal 7p, trede 1 is geplaatst. Voorts vraagt hij alsnog per 10 oktober 2010 te worden ingeschaald in schaal 7p, trede 6 en vraagt hij om een Landsbesluit met de aanstelling als Specialistisch Rechercheur, taakaccent digitaal, de rand hoofdagent van politie en plaatsing per 27 mei 2011 in schaal 8. Tot slot vraagt klager in deze brief om vervolgens per 27 mei 2016 de rang van inspecteur te krijgen met schaal 9. Bij brief van 27 juni 2017 aan de Minister van Justitie heeft klager wederom aangedrongen op de afhandeling van zijn bezwaar.
- Bij uitspraak van 26 januari 2018 heeft het Gerecht het bezwaar van klager tegen het uitblijven van een besluit gegrond verklaard en bepaald dat verweerder alsnog moet beslissen binnen vier weken.
- Op 28 maart 2018 heeft klager het thans bestreden besluit uitgereikt gekregen.