ECLI:NL:KTGSHE:2001:AB3788

Kantongerecht 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
15 augustus 2001
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
01.500486-00
Instantie
Kantongerecht 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte wegens niet-recreatief nachtverblijf in Zeeland

In deze zaak, behandeld door het Kantongerecht te 's-Hertogenbosch, is de verdachte op 20 juni 2001 vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. De verdachte was beschuldigd van het plaatsen van een kampeermiddel, namelijk een tent, buiten een kampeerterrein zonder de benodigde vergunningen, zoals voorgeschreven in de Wet op de openluchtrecreatie. De feiten vonden plaats op 2 oktober 1999 in Zeeland, gemeente Landerd. De Kantonrechter heeft het onderzoek ter terechtzitting op 20 juni 2001 verricht en heeft de telastelegging beoordeeld. De Kantonrechter overwoog dat de aanwezigheid van het kampeermiddel niet kon worden gekwalificeerd als recreatief nachtverblijf, maar als een (vredes-)kamp dat diende als uitvalsbasis voor acties tegen de vermeende aanwezigheid van kernwapens op de nabijgelegen vliegbasis Volkel. Dit leidde tot de conclusie dat het nachtverblijf niet recreatief was, maar een tijdelijke verblijfplaats voor actievoerders. De Kantonrechter merkte op dat de tenlastelegging op een essentieel punt afweek van de wettelijke bepalingen, waardoor er geen sprake was van een strafbaar feit. De Kantonrechter concludeerde dat, indien er een bewezenverklaring zou zijn geweest, er ontslag van alle rechtsvervolging had moeten volgen. De uitspraak werd gedaan door Mr. G.A.F.M. Wouters, Kantonrechter-plaatsvervanger, en vond plaats in tegenwoordigheid van de griffier.

Uitspraak

KANTONGERECHT TE ’S-HERTOGENBOSCH
STRAFVONNIS
Datum uitspraak: 20 juni 2001
Parketnummer 01.500486-00
Tegenspraak
Vonnis van de Kantonrechter te ’s-Hertogenbosch in de straf-zaak tegen X,
geboren op … te …,
wonende te … aan de …;
raadslieden: Mr E.Th. Hummels (Postbus 407, 3700 AK Zeist) en Mr N.M.P. Steijnen (Couwenhoven 52-05, 3703 ER Zeist).
DE KANTONRECHTER TE ’S-HERTOGENBOSCH
Gezien de telastelegging;
Gelet op het onderzoek ter terechtzitting d.d. 20 juni 2001;
Aan de verdachte is tenlastegelegd, dat:
hij op 2 oktober 1999, te omstreeks 05.09 uur, te Zeeland in de gemeente Landerd, ten behoeve van recreatief nacht-verblijf een kampeermiddel, te weten een tent, althans tussen bomen gespannen plastic zeil, heeft geplaatst of geplaatst gehouden buiten een kampeerterrein, zonder dat burgemeester en wethouders daartoe een vergunning, vrij-stelling of ontheffing als bedoeld in artikel 8, eerste onderscheidenlijk tweede lid, of een ontheffing als be-doeld in artikel 13 van de Wet op de openluchtrecreatie hadden verleend;
De terminologie is gebruikt in de zin van de Wet op de openluchtrecreatie;
(artikel 15 lid 1 Wet op de openluchtrecreatie).
De Kantonrechter overweegt als volgt.
De verdachte heeft gemotiveerd gesteld dat de Officier van Justitie niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in zijn vervolging.
De Kantonrechter verwerpt dat verweer op de gronden zoals mon-deling ter zitting medegedeeld.
De verdachte wordt vrijgesproken van het hem tenlastegelegde feit, omdat er geen sprake is van een recreatief nachtver-blijf.
Het betreft hier een (vredes-)kamp, dat gebruikt wordt als uitvalbasis om aktie te voeren tegen met name de veronderstel-de aanwezigheid van kernwapens op de nabijgelegen vliegbasis Volkel.
Het kamp wordt derhalve gebruikt als tijdelijke verblijf-plaats, waar wordt overnacht, gegeten, overlegd, alsmede ak-ties worden voorbereid.
De aanwezigheid van het kamp kan worden beschouwd als één van de aktiemiddelen die worden aangewend om publiciteit te ver-krijgen.
Voorts geeft www.vandale.nl onder het lemma “recreatief” aan “betr. hebbend op de recreatie” en onder het lemma “recreatie” “1. ontspanning, vrijetijdsbesteding 2. tijd voor ontspan-ning”.
Gelet op het vorenstaande kan in casu niet gezegd worden dat het nachtverblijf recreatief is.
Ten overvloede overweegt de Kantonrechter dat de tenlasteleg-ging op een essentieel punt afwijkt van de onderliggende wet-telijke bepaling.
Artikel 15 lid 1 Wet op de openluchtrecreatie luidt:
Het is verboden ten behoeve van recreatief nachtverblijf kampeermiddelen te plaatsen of geplaatst te houden buiten kampeerterreinen waarvoor een vergunning, vrijstelling of
ontheffing als bedoeld in artikel 8, eerste onderschei-denlijk tweede lid, of een ontheffing als bedoeld in ar-tikel 13 is verleend, behoudens voor zover bij verorde-ning door de gemeenteraad afwijking van dit verbod is toegestaan voor het plaatsen of geplaatst houden van ten hoogste vijf kampeermiddelen gedurende korte perioden (cursief van Kantonrechter).
De tenlastelegging luidt, voorzoveel hier van belang:
“… een kampeermiddel (…) heeft geplaatst of geplaatst ge-houden buiten een kampeerterrein, zonder dat burgemees-ter en wethouders daartoe …” (cursief van Kantonrechter).
De wetgever heeft – kort gezegd – verboden dat ’s nachts re-creatief wordt gekampeerd buiten een kampeerterrein waarvoor een vergunning, vrijstelling of ontheffing is verleend.
Het ontbreken van de vergunning, vrijstelling en ontheffing ziet derhalve op het kampeerterrein.
In de tenlastelegging daarentegen slaat het ontbreken van de vergunning, vrijstelling en ontheffing echter op – kort gezegd – het kamperen.
Aldus is – indien tot een bewezenverklaring zou zijn gekomen – geen strafbaar feit tenlastegelegd, zodat in dat geval ontslag van alle rechtsvervolging had moeten volgen.
De Kantonrechter komt op grond van het vorenstaande tot de volgende beslissing:
-spreekt de verdachte vrij van het tenlastegelegde feit.
Dit vonnis is gewezen door Mr G.A.F.M. Wouters, Kantonrechter- plaatsvervanger te ’s-Hertogenbosch, en uitgesproken ter open-bare terechtzitting van het Kantongerecht te ’s-Hertogenbosch op 20 juni 2001 in tegenwoordigheid van de griffier.
De Griffier, de Kantonrechter,