ECLI:NL:HR:2025:607
Hoge Raad
- Artikel 80a RO-zaken
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep niet-ontvankelijk verklaard door de Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 17 april 2025 uitspraak gedaan in het cassatieberoep ingesteld door A.F.M.J. Verhoeven tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 10 oktober 2024, nr. BK-23/454. De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie beoordeeld en geconcludeerd dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Daarom heeft de Hoge Raad besloten om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren, zoals toegestaan onder artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft in deze uitspraak ook geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. De beslissing is openbaar uitgesproken en is genomen door de vice-president M.E. van Hilten, samen met de raadsheren E.N. Punt en M.A. Fierstra, in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Cichowski.