In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
(i) Profoto houdt zich bezig met het ontwikkelen en exploiteren van hard- en software voor productfotografie.
(ii) De werknemer is in 2018 in dienst getreden bij Profoto in de functie van image processing developer. Daartoe is hij naar Nederland verhuisd. Laatstelijk genoot de werknemer een salaris van € 5.508,-- bruto per maand. Op de arbeidsovereenkomst zijn de bepalingen van het personeelshandboek van Profoto van toepassing.
(iii) De leidinggevende van de werknemer (hierna: de leidinggevende) heeft de vakantieaanvragen van de werknemer van 23 tot en met 31 december 2022 en van 16 tot en met 27 januari 2023 geaccordeerd. Op 4 december 2022 heeft de werknemer zijn vakantieaanvraag gewijzigd door de week van 23 tot en met 31 december te ruilen voor de week van 12 tot en met 18 december 2022. De leidinggevende heeft deze wijziging op 6 december 2022 geaccordeerd.
(iv) Op 11 december 2022 heeft de werknemer zich ziek gemeld en Profoto verzocht om zijn vakantiedagen om te zetten in ziektedagen.
(v) Op 12 december 2022 is de werknemer naar Iran gegaan.
(vi) Op 14 december 2022 heeft de werknemer aan de leidinggevende laten weten dat hij zich weer wat beter voelde. Als reactie daarop heeft de leidinggevende de werknemer verzocht om de camera die Profoto van Canon in bruikleen had (hierna: de camera), terug te brengen zodra de werknemer weer beter was. De werknemer heeft de leidinggevende daarop laten weten dat hij de camera heeft meegenomen naar Iran om daarmee op afstand te kunnen werken, waarop de leidinggevende de werknemer heeft geschreven dat hij niet wist dat de werknemer op afstand zou werken. De leidinggevende heeft de werknemer gewezen op de regel dat hij zonder toestemming geen apparatuur mag meenemen op vakantie. Daarop heeft de werknemer laten weten dat hij al in Iran was en dat hij op 27 januari 2023 terug zou vliegen, maar dat dit om medische redenen misschien later zou worden. De werknemer heeft de leidinggevende verzocht om een alternatief te vinden voor de camera, of hem de tijd te geven om de camera via DHL terug te sturen naar kantoor. Partijen hebben overleg gevoerd over verschillende wijzen van terugbrengen van de camera.
(vii) Op 15 december 2022 heeft de werknemer zich beter gemeld.
(viii) Op 16 december 2022 heeft de werknemer laten weten dat hij de camera niet veilig per koerier kan versturen vanuit Iran.
(ix) Op 22 december 2022 heeft de werknemer een schriftelijke waarschuwing gekregen, kort gezegd vanwege het (1) van 11 december 2022 tot 16 januari 2023 zonder toestemming vanuit Iran werken, (2) zonder toestemming meenemen van de camera naar Iran en (3) benaderen van een sales manager in plaats van HR met betrekking tot een salarisverhoging, waarmee de werknemer de autoriteit van zijn manager heeft ondermijnd. De werknemer is gesommeerd om op 9 januari 2023 terug te zijn op het werk en de camera te retourneren.
(x) Op 24 december 2022 heeft de werknemer voorgesteld om de camera mee te geven aan personen die naar Nederland zouden vliegen.
(xi) Op 30 december 2022 heeft Profoto aan de werknemer laten weten dat de werknemer de camera persoonlijk moet terugbrengen op 9 januari 2023, omdat er geen passende oplossing is om de camera terug te sturen vanuit Iran. Profoto heeft aangeboden om de kosten van de vlucht van de werknemer van Iran naar Nederland te betalen. Profoto heeft de werknemer verzocht om uiterlijk op 2 januari 2023 te laten weten of hij op 9 januari 2023 terug zal zijn.
(xii) Op 2 januari 2023 heeft de werknemer in reactie op de officiële waarschuwing van 22 december 2022 laten weten dat hij (i) niet anders heeft gehandeld dan in voorgaande jaren, (ii) niet zonder toestemming van zijn manager op afstand is gaan werken en (iii) in voorgaande jaren ook apparatuur heeft meegenomen naar het buitenland om daarmee te werken.
(xiii) Op 3 januari 2023 heeft Profoto de werknemer nogmaals verzocht om te laten weten of hij op 9 januari 2023 terug zal zijn op kantoor. Ook heeft Profoto aan de werknemer meegedeeld dat het werken op afstand niet is goedgekeurd en dat het niet opvolgen van de instructies gevolgen kan hebben voor zijn dienstverband.
(xiv) Op 3 januari 2023 heeft de werknemer aan Profoto laten weten dat hij op 9 januari 2023 niet op kantoor terug zal zijn, omdat hij in verband met tandheelkundige behandelingen in Iran moet blijven. Hij heeft ook laten weten dat hij last heeft van de waarschuwing en het dreigen met ontslag.
(xv) Op 4 januari 2023 heeft de werknemer zich ziek gemeld. Hij heeft aan Profoto laten weten dat hij in Iran een dokter heeft bezocht, die hem medicatie heeft voorgeschreven. Volgens de werknemer kampte hij met burn-outklachten.
(xvi) Op 9 januari 2023 heeft de leidinggevende de werknemer gevraagd om bewijzen van zijn arbeidsongeschiktheid en van de tandheelkundige behandelingen.
(xvii) Op 10 januari 2023 heeft de werknemer in een e-mailbericht aan Profoto laten weten dat hij naar een bedrijfsarts in Iran is geweest, die een milde depressie bij hem heeft geconstateerd en heeft geadviseerd om tot aan zijn vakantie wel werkzaamheden te verrichten. In datzelfde e-mailbericht heeft de werknemer geschreven dat zijn tandheelkundige behandelingen hem niet belemmerden om eerder terug te keren naar Nederland.
(xviii) Op 12 januari 2023 heeft de leidinggevende (wederom) aan de werknemer meegedeeld dat hij niet op afstand mag werken en dat hij deze dagen als vakantie moet opnemen. De werknemer heeft daarop gereageerd met de opmerking dat het al vijf jaar gebruikelijk is om een paar dagen op afstand te mogen werken en stelt voor de discussie daarover voort te zetten na zijn vakantie. De leidinggevende heeft de werknemer verzocht een document over te leggen waaruit blijkt dat hij niet naar huis kan vliegen. Hij heeft zijn email aan de werknemer afgesloten met de opmerking:
(xix) Op maandag 16 januari 2023 is de vakantie van de werknemer begonnen en was de werknemer volgens eigen opgave niet bereikbaar.
(xx) De werknemer is per e-mail uitgenodigd voor een gesprek op 30 januari 2023 om 10:00 uur op het kantoor van Profoto. De werknemer heeft deze uitnodiging op 12 januari 2023 eerst geaccepteerd, maar deze diezelfde dag, korte tijd later, alsnog afgewezen omdat hij pas op 31 januari 2023 op Schiphol zou landen. Voor het misverstand rond zijn datum van terugkeer heeft hij zijn verontschuldigingen aangeboden. Hij heeft vervolgens op 12 januari 2023 aan Profoto voorgesteld om het gesprek van 30 januari 2023 te verplaatsen naar woensdag 1 februari 2023. Hierop heeft Profoto niet gereageerd.
(xxi) Op 18 januari 2023 heeft de HR-manager van Profoto aangekondigd dat Profoto zich het recht voorbehoudt op loonopschorting, omdat geen bewijsstuk is ontvangen waaruit blijkt dat de werknemer op 4 januari 2023 niet kon werken en niet kon terugkeren naar Nederland. Daarbij is de werknemer nogmaals gewezen op het gesprek van 30 januari 2023.
(xxii) Op 24 januari 2023 is aan de werknemer meegedeeld dat zijn loon van 4 tot 10 januari 2023 wordt opgeschort totdat hij een bewijsstuk heeft ingeleverd met betrekking tot zijn arbeidsongeschiktheid, de voorgeschreven behandeling en een verklaring dat hij niet naar huis kon vliegen. Verder is meegedeeld dat de werknemer op 30 januari 2023 op gesprek wordt verwacht met de mededeling “so far you have not confirmed this” en aangekondigd dat als de werknemer niet verschijnt op het gesprek van 30 januari 2023, dit beschouwd zal worden als werkweigering en een reden voor ontslag op staande voet. In de ochtend van 30 januari 2023 heeft de werknemer bij emailbericht van 08:33 uur aan Profoto laten weten dat hij een recept van de huisarts en een verklaring van de door hem geraadpleegde bedrijfsarts heeft, waarin deze verklaart dat de werknemer last heeft van angsten en depressie, en aangeboden deze toe te zenden. De werknemer heeft voorgesteld om, zoals afgesproken, de discussie voort te zetten nu hij terug is van vakantie. Hij heeft ook laten weten de inhouding op zijn salaris voorbarig te vinden, omdat hij nog niet schuldig is bevonden. Tot slot heeft hij opgemerkt dat Profoto kennelijk zijn afwijzing d.d. 12 januari 2023 van het vergadervoorstel op 30 januari 2023 heeft gemist en verwezen naar de eerdere e-mailwisseling.
(xxiii) De werknemer is niet verschenen op het gesprek van 30 januari 2023.
(xxiv) Op 30 januari 2023 heeft Profoto de werknemer per e-mail en per brief op staande voet ontslagen. In de ontslagbrief van die datum zijn als redenen daarvoor genoemd:
1. het onrechtmatig afwezig zijn op het werk door zonder toestemming in Iran te verblijven van 12 december 2022 tot 13 januari 2023;
2. het zonder toestemming vanaf 12 december 2022 op afstand werken vanuit Iran;
3. het meenemen van een dure camera van een relatie van Profoto naar Iran en het niet retourneren daarvan, ondanks diverse verzoeken van Profoto;
4. het afwijzen van het verzoek van Profoto om op 9 januari 2023 terug te keren naar Nederland, terwijl Profoto heeft aangeboden om het vliegticket te betalen;
5. het zonder geldige reden afwezig zijn op het gesprek van 30 januari 2023;
6. het weigeren van het werk vanaf 30 januari 2023;
7. het gewaarschuwd zijn dat wanneer hij niet verschijnt op het gesprek van 30 januari 2023, dit een dringende reden voor ontslag op staande voet oplevert;
8. het op die waarschuwing alleen reageren met een e-mail met het verwijt dat Profoto de discussie over werken op afstand en terugkeren op het werk in Nederland slecht heeft behandeld;
9. het overleggen van onvoldoende documenten met betrekking tot de gestelde ziekte tijdens zijn verblijf in Iran;
10. het door de werknemer niet bewijzen dat hij niet uit Iran kon terugkomen voor 30 januari 2023; en
11. het niet tijdig reageren op verzoeken en het negeren van instructies en communicatie.
(xxv) Profoto heeft de werknemer de wettelijke transitievergoeding uitbetaald.