Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
24 januari 2025.
Hoge Raad
In de zaak tussen Terra Sicca B.V. en Alsta-Nassau B.V. heeft de Hoge Raad op 24 januari 2025 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure. Terra Sicca, de eiseres tot cassatie, had beroep ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 28 november 2023. Alsta-Nassau, de verweerster in cassatie, was niet verschenen. De Hoge Raad verwijst naar eerdere vonnissen en arresten in de feitelijke instanties, waaronder vonnissen van de rechtbank Midden-Nederland en arresten van het gerechtshof. De conclusie van de Advocaat-Generaal W.L. Valk was om het cassatieberoep te verwerpen.
De Hoge Raad heeft de klachten van Terra Sicca over het arrest van het hof beoordeeld. De klachten betroffen onder andere het verzuim van het hof om gelegenheid te bieden voor een reactie op een akte en het passeren van een bewijsaanbod. De Hoge Raad oordeelde dat deze klachten niet konden leiden tot vernietiging van het arrest van het hof. Het was niet nodig om te motiveren waarom dit oordeel was gegeven, aangezien de vragen die aan de orde waren niet van belang waren voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
In de beslissing heeft de Hoge Raad het beroep van Terra Sicca verworpen en haar veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Alsta-Nassau op nihil zijn begroot. Dit arrest is gewezen door de vicepresident en raadsheren van de Hoge Raad en openbaar uitgesproken door raadsheer A.E.B. ter Heide.