ECLI:NL:HR:2024:965

Hoge Raad

Datum uitspraak
28 juni 2024
Publicatiedatum
27 juni 2024
Zaaknummer
23/03622
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatieberoep tegen beschikking in arbeidsrechtelijke zaak met loonvordering en voortbouwklachten

In deze zaak heeft [verzoeker], wonende te [woonplaats], cassatie ingesteld tegen de beschikking van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Deze beschikking was gegeven in de zaak SXM202200657, waarbij de Hoge Raad verwijst naar eerdere beslissingen van het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten en het Gemeenschappelijk Hof van Justitie. De advocaat van [verzoeker] is S.F. Sagel, terwijl de Staat der Nederlanden, vertegenwoordigd door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, werd bijgestaan door advocaat J.W.H. van Wijk. De Hoge Raad heeft de klachten van [verzoeker] over de beschikking van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van de beschikking. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien het niet nodig was om vragen te beantwoorden die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het cassatieberoep verworpen en [verzoeker] veroordeeld in de kosten van het geding, die zijn begroot op € 857,-- aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris, vermeerderd met wettelijke rente indien deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak zijn voldaan.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer23/03622
Datum28 juni 2024
BESCHIKKING
In de zaak van
[verzoeker],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
hierna: [verzoeker],
advocaat: S.F. Sagel,
tegen
DE STAAT DER NEDERLANDEN (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties),
zetelende te Den Haag,
VERWEERDER in cassatie,
hierna: de Staat,
advocaat: J.W.H. van Wijk.

1.Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. de beschikking in de zaak SXM202200657 van het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten van 12 juli 2022;
b. de beschikking in de zaak SXM202200657/SXM2022H00103 van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba van 16 juni 2023.
[verzoeker] heeft tegen de beschikking van het hof beroep in cassatie ingesteld.
De Staat heeft verzocht het beroep te verwerpen.
De conclusie van de Advocaat-Generaal B.J. Drijber strekt tot verwerping van het cassatieberoep.

2.Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad:
- verwerpt het beroep;
- veroordeelt [verzoeker] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de Staat begroot op € 857,-- aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten indien [verzoeker] deze niet binnen veertien dagen na heden heeft voldaan.
Deze beschikking is gegeven door de vicepresident M.J. Kroeze als voorzitter en de raadsheren H.M. Wattendorff en F.J.P. Lock, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer A.E.B. ter Heide op
28 juni 2024.