ECLI:NL:HR:2024:1631

Hoge Raad

Datum uitspraak
12 november 2024
Publicatiedatum
8 november 2024
Zaaknummer
22/02010
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontvankelijkheid hoger beroep na veroordeling t.z.v. diefstal van elektrische fiets

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 12 november 2024 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag van 18 mei 2022. De verdachte, geboren in 1991, had hoger beroep ingesteld tegen een veroordeling voor diefstal van een elektrische fiets. Het hof had de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep, omdat er geen schriftuur houdende grieven was ingediend. De advocaat van de verdachte, I. Car, stelde echter dat er tijdig grieven waren ingediend via een beveiligde e-maildienst, 'zivver', en dat deze grieven waren ontvangen in de mailbox van het hof. De advocaat-generaal B.F. Keulen concludeerde dat het hof ten onrechte had geoordeeld en pleitte voor vernietiging van het arrest en terugwijzing van de zaak naar het gerechtshof.

De Hoge Raad oordeelde dat het hof niet had moeten oordelen dat er geen grieven waren ingediend, aangezien er bewijs was dat de grieven tijdig waren ingediend. De Hoge Raad vernietigde het arrest van het hof en wees de zaak terug naar het gerechtshof Den Haag, zodat de zaak opnieuw kan worden berecht. Dit arrest heeft belangrijke implicaties voor de ontvankelijkheid van hoger beroep en de wijze waarop grieven moeten worden ingediend in strafzaken.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer22/02010
Datum12 november 2024
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag van 18 mei 2022, nummer 22-002496-21, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1991,
hierna: de verdachte.

1.Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft I. Car, advocaat in Rotterdam, bij schriftuur een cassatiemiddel voorgesteld.
De advocaat-generaal B.F. Keulen heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en terugwijzing van de zaak naar het gerechtshof Den Haag teneinde op het bestaande hoger beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.

2.Beoordeling van het cassatiemiddel

2.1
Het cassatiemiddel keert zich tegen de niet-ontvankelijkverklaring door het hof van het door de verdachte ingestelde hoger beroep.
2.2
Het cassatiemiddel slaagt. De redenen daarvoor staan vermeld in de conclusie van de advocaat-generaal.

3.Beslissing

De Hoge Raad:
- vernietigt de uitspraak van het hof;
- wijst de zaak terug naar het gerechtshof Den Haag, opdat de zaak opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president M.J. Borgers als voorzitter, en de raadsheren C.N. Dalebout en F. Posthumus, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
12 november 2024.