ECLI:NL:HR:2024:1326
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep in cassatie tegen uitspraak Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 27 september 2024 uitspraak gedaan in het beroep in cassatie van belanghebbende [X] tegen het College van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Borne. Het beroep in cassatie was gericht tegen een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 15 mei 2024, met nummer 22/2996 AW. De Hoge Raad heeft beoordeeld of het beroep in cassatie ontvankelijk was. Volgens artikel 78, lid 4, van de Wet op de rechterlijke organisatie kan de Hoge Raad alleen kennisnemen van cassatieberoepen tegen uitspraken van de bestuursrechter indien dit bij wet is bepaald. In dit geval was er geen wettelijke bepaling die het beroep in cassatie tegen de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep mogelijk maakte. Daarom heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie niet-ontvankelijk verklaard. Tevens heeft de Hoge Raad geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. De uitspraak is gedaan door de vice-president J.A.R. van Eijsden als voorzitter, samen met de raadsheren J. Wortel en A.E.H. van der Voort Maarschalk, en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de waarnemend griffier F. Treuren.