ECLI:NL:HR:2024:1257

Hoge Raad

Datum uitspraak
20 september 2024
Publicatiedatum
19 september 2024
Zaaknummer
23/03914
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over voorwaarden voor betaling 'fee' bij verkoop van pand aan derde en ongeoorloofd dienen van twee heren

In deze zaak, geregistreerd onder nummer 23/03914, heeft de Hoge Raad op 20 september 2024 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Boermarke Beleggingen B.V. en KMA B.V. (voorheen CS Projects & Investments B.V.). Boermarke, de eiseres tot cassatie, heeft beroep ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 25 juli 2023. De zaak betreft de vraag of de voorwaarden voor betaling van een 'fee' bij de verkoop van een pand aan een derde zijn vervuld, en of er sprake is van ongeoorloofd dienen van twee heren.

De Hoge Raad verwijst in zijn uitspraak naar eerdere vonnissen en arresten die relevant zijn voor het procesverloop, waaronder vonnissen van de rechtbank Noord-Nederland en eerdere arresten van het gerechtshof. De advocaat-generaal S.D. Lindenbergh heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep, en de advocaat van Boermarke heeft hier schriftelijk op gereageerd.

Na beoordeling van de klachten over het arrest van het hof, heeft de Hoge Raad geoordeeld dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien het niet nodig was om vragen te beantwoorden die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.

In de beslissing heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en Boermarke veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 7.115,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met wettelijke rente indien deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak zijn voldaan.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer23/03914
Datum20 september 2024
ARREST
In de zaak van
BOERMARKE BELEGGINGEN B.V.,
gevestigd te Emmen,
EISERES tot cassatie,
hierna: Boermarke,
advocaat: P.A. Fruytier,
tegen
KMA B.V. voorheen CS PROJECTS & INVESTMENTS B.V.,
gevestigd te Ter Apel,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: CS,
advocaat: J.H.M. van Swaaij.

1.Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. de vonnissen in de zaak C/19/135854 / HA ZA 21-83 van de rechtbank Noord-Nederland van 18 augustus 2021 en 1 juni 2022;
b. de arresten in de zaak 200.315.050/01 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 6 december 2022 en 25 juli 2023.
Boermarke heeft tegen het arrest van het hof van 25 juli 2023 beroep in cassatie ingesteld.
CS heeft een verweerschrift tot verwerping ingediend.
De zaak is voor CS toegelicht door haar advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal S.D. Lindenbergh strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van Boermarke heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2.Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad:
- verwerpt het beroep;
- veroordeelt Boermarke in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van CS begroot op € 7.115,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten indien Boermarke deze niet binnen veertien dagen na heden heeft voldaan.
Dit arrest is gewezen door de vicepresident M.J. Kroeze als voorzitter en de raadsheren C.E. du Perron en F.J.P. Lock, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer A.E.B. ter Heide op
20 september 2024.