ECLI:NL:HR:2023:680
Hoge Raad
- Artikel 80a RO-zaken
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het cassatieberoep inzake naheffingsaanslag parkeerbelasting
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 21 april 2023 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van [X] te [Z] tegen het COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE DORDRECHT. De zaak betreft een naheffingsaanslag in de parkeerbelasting die aan belanghebbende was opgelegd. De uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 14 september 2022, nr. BK-22/00253, werd door belanghebbende aangevochten na een eerdere uitspraak van de Rechtbank Rotterdam (nr. ROT 21/465). De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het cassatieberoep beoordeeld en geconcludeerd dat het beroep duidelijk niet kan slagen. Daarom heeft de Hoge Raad besloten om het beroep in cassatie niet-ontvankelijk te verklaren, gebruikmakend van artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. Het arrest is openbaar uitgesproken door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, samen met de raadsheren P.A.G.M. Cools en A.E.H. van der Voort Maarschalk, en waarnemend griffier F. Treuren.