Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
3.Beslissing
14 februari 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 14 februari 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 11 augustus 2022. De zaak betreft de verdachte die in 2020 in Nieuwleusen zijn 4 maanden oude dochtertje op zeer gewelddadige wijze om het leven heeft gebracht, wat valt onder artikel 287 van het Wetboek van Strafrecht. De verdachte heeft geen middelen ingediend en is niet-ontvankelijk verklaard in zijn beroep. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat de verdachte niet heeft voldaan aan de wettelijke verplichting om binnen de gestelde termijn een schriftuur met cassatiemiddelen in te dienen. Hierdoor kon de Hoge Raad het beroep niet in behandeling nemen, conform artikel 437 lid 2 van het Wetboek van Strafvordering. De Hoge Raad heeft het beroep van de verdachte dan ook niet-ontvankelijk verklaard.