Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
13 oktober 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 oktober 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen [eiseres] B.V. en Gazeley Netherlands Coöperatief U.A. De zaak betreft de aansprakelijkheid van de verhuurder van een bedrijfsruimte voor schade die de huurder heeft geleden als gevolg van een gebrek aan de vloer. De Hoge Raad verwijst naar eerdere uitspraken van de rechtbank Noord-Holland en het gerechtshof Amsterdam, waar de feiten van de zaak zijn behandeld. De eiseres heeft beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof van 10 mei 2022, waarin de klachten van de eiseres zijn beoordeeld. De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien het niet nodig was om vragen te beantwoorden die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de eiseres veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 857,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met wettelijke rente indien deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak zijn voldaan.