ECLI:NL:HR:2023:1447

Hoge Raad

Datum uitspraak
17 oktober 2023
Publicatiedatum
12 oktober 2023
Zaaknummer
21/05167
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging en terugwijzing in zaak van profijtontneming en gewoontewitwassen

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 17 oktober 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een beslissing van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De zaak betreft een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel van de betrokkene, die in 1970 is geboren. De advocaat van de betrokkene, S.F.W. van ’t Hullenaar, heeft een cassatiemiddel ingediend, waarin werd geklaagd over de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel. De advocaat-generaal B.F. Keulen heeft geconcludeerd tot vernietiging van de uitspraak van het hof en terugwijzing naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden voor een nieuwe behandeling van de zaak.

De Hoge Raad oordeelde dat het hof niet voldoende bewijs had geleverd om te concluderen dat het contante geld dat op de bankrekeningen van de betrokkene was gestort, afkomstig was van de betrokkene zelf. De camerabeelden en tapgesprekken die door het hof waren gebruikt, boden geen steun voor het oordeel dat het geld op de bankrekeningen van de betrokkene afkomstig was van witwassen. De Hoge Raad concludeerde dat de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel niet kon worden onderbouwd met de beschikbare bewijsmiddelen en dat het hof onvoldoende gemotiveerd had waarom de betrokkene voordeel had verkregen uit strafbare feiten.

Als gevolg hiervan heeft de Hoge Raad de uitspraak van het hof vernietigd en de zaak terugverwezen naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zodat deze opnieuw kan worden berecht. Deze uitspraak heeft belangrijke implicaties voor de beoordeling van profijtontneming en de eisen die aan de motivering van dergelijke uitspraken worden gesteld.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer21/05167 P
Datum17 oktober 2023
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 10 december 2021, nummer 21-005582-16, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste
van
[betrokkene],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1970,
hierna: de betrokkene.

1.Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de betrokkene. Namens deze heeft S.F.W. van ’t Hullenaar, advocaat te Arnhem, bij schriftuur een cassatiemiddel voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De advocaat-generaal B.F. Keulen heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en tot terugwijzing naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden teneinde op het bestaande hoger beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.

2.Beoordeling van het cassatiemiddel

2.1
Het cassatiemiddel klaagt over de schatting van het wederrechtelijk verkregen voordeel.
2.2
Het cassatiemiddel slaagt. De redenen daarvoor staan vermeld in de conclusie van de advocaat-generaal onder 5, 8, 9 en 10 tot en met 16.

3.Beslissing

De Hoge Raad:
- vernietigt de uitspraak van het hof;
- wijst de zaak terug naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, opdat de zaak opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president M.J. Borgers als voorzitter, en de raadsheren C. Caminada en F. Posthumus, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
17 oktober 2023.