Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het cassatiemiddel
3.Ambtshalve opmerking over de kwalificatie en de sanctieoplegging
4.Ambtshalve beoordeling van de uitspraak van het hof
5.Beslissing
10 oktober 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 10 oktober 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 16 juni 2021. De verdachte, geboren in 1977, had in e-mails beschuldigingen geuit aan het basisteam van de politie-eenheid Midden-Nederland, wat werd gekwalificeerd als eenvoudige belediging van openbaar gezag. De Hoge Raad heeft de vraag behandeld of de wijziging van artikel 267 van het Wetboek van Strafrecht per 1 januari 2020, waarbij de strafverzwarende omstandigheid voor belediging van openbaar gezag is komen te vervallen, ten gunste van de verdachte werkt. De Hoge Raad concludeert dat de belediging van het basisteam van de politie-eenheid Midden-Nederland nog steeds strafbaar is onder de gewijzigde wetgeving, en dat er geen sprake is van een verandering van wetgeving die in deze zaak ten gunste van de verdachte werkt. De Hoge Raad verwerpt het beroep van de verdachte, waarbij ook wordt opgemerkt dat de redelijke termijn voor de behandeling van het cassatieberoep is overschreden, maar dat dit geen verdere rechtsgevolgen met zich meebrengt.