ECLI:NL:HR:2023:1376

Hoge Raad

Datum uitspraak
6 oktober 2023
Publicatiedatum
5 oktober 2023
Zaaknummer
23/02756
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toetsing van verzoek tot verlening zorgmachtiging na vernietiging en terugwijzing door Hoge Raad

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 6 oktober 2023 uitspraak gedaan in het kader van een verzoek tot cassatie van betrokkene, die in deze procedure wordt vertegenwoordigd door advocaat G.E.M. Later. De zaak betreft de toetsing van een verzoek tot verlening van een zorgmachtiging, nadat eerder een beschikking van de rechtbank was vernietigd en de zaak was terugverwezen naar de Hoge Raad. De Hoge Raad verwijst in zijn uitspraak naar eerdere beschikkingen, waaronder die van 24 februari 2023 (ECLI:NL:HR:2023:316) en een beschikking van de rechtbank Den Haag van 14 april 2023. De officier van justitie in het arrondissement Rotterdam, die als verweerder in cassatie optreedt, is niet verschenen en heeft geen verweerschrift ingediend. De conclusie van de Advocaat-Generaal M.L.C.C. Lückers was om het cassatieberoep te verwerpen. De Hoge Raad heeft de klachten van betrokkene beoordeeld, maar deze kunnen niet leiden tot vernietiging van de eerdere beschikking van de rechtbank. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien de beoordeling van de klachten niet vereist dat er antwoorden worden gegeven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer23/02756
Datum6 oktober 2023
BESCHIKKING
In de zaak van
[betrokkene],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKER tot cassatie,
hierna: betrokkene,
advocaat: G.E.M. Later,
tegen
OFFICIER VAN JUSTITIE IN HET ARRONDISSEMENT ROTTERDAM,
VERWEERDER in cassatie,
hierna: de officier van justitie,
niet verschenen.

1.Procesverloop

Voor het verloop van het geding verwijst de Hoge Raad naar zijn beschikking van 24 februari 2023, ECLI:NL:HR:2023:316 en naar de beschikking in de zaak C/09/630084 / FA RK 22-3419 van de rechtbank Den Haag van 14 april 2023.
Betrokkene heeft tegen de beschikking van de rechtbank beroep in cassatie ingesteld.
De officier van justitie heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal M.L.C.C. Lückers strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van betrokkene heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2.Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van de rechtbank beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de vicepresident M.V. Polak als voorzitter en de raadsheren A.E.B. ter Heide en F.R. Salomons, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.J.P. Lock op
6 oktober 2023.