ECLI:NL:HR:2023:1258
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen uitspraak Rechtbank Den Haag inzake belastingkwestie Stichting [X]
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 15 september 2023 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van Stichting [X] tegen het Dagelijks Bestuur van de Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland. De zaak betreft een belastingkwestie waarbij de belanghebbende, vertegenwoordigd door [A], in cassatie ging tegen een uitspraak van de Rechtbank Den Haag van 20 januari 2023, nr. SGR 22/1936 V. Deze uitspraak volgde op een verzet van de belanghebbende tegen een eerdere uitspraak van de Rechtbank van 14 september 2022.
De Hoge Raad heeft de klachten van de belanghebbende beoordeeld, maar kwam tot de conclusie dat deze klachten niet konden leiden tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven voor dit oordeel, aangezien het niet nodig was om vragen te beantwoorden die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie.
Daarnaast heeft de Hoge Raad geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. De beslissing van de Hoge Raad was dat het beroep in cassatie ongegrond werd verklaard. Dit arrest is gewezen door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, samen met de raadsheren P.A.G.M. Cools en A.E.H. van der Voort Maarschalk, en is openbaar uitgesproken op 15 september 2023.