Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het tweede cassatiemiddel
3.Beoordeling van het eerste cassatiemiddel
4.Beslissing
7 februari 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 7 februari 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De verdachte, geboren in 1969, was betrokken bij een strafzaak waarin openlijke geweldpleging en wederrechtelijke vrijheidsberoving ten laste waren gelegd. De zaak betrof incidenten die plaatsvonden op 7 januari 2018, waarbij de verdachte samen met anderen geweld heeft gepleegd tegen meerdere personen en goederen. Tijdens de hoger beroep zitting op 1 februari 2021 heeft de raadsman van de verdachte een voorwaardelijk verzoek gedaan om getuige [benadeelde 1] te horen. Dit verzoek was gedaan onder de voorwaarde dat het hof de verdachte niet zou vrijspreken. Het hof heeft echter niet expliciet op dit verzoek beslist, wat in strijd is met de vereisten van het Wetboek van Strafvordering. De Hoge Raad oordeelde dat het hof verzuimd heeft om een beslissing te nemen op het getuigenverzoek, wat noodzakelijk was, ongeacht of het verzoek voorwaardelijk was. De Hoge Raad heeft daarom het arrest van het hof vernietigd en de zaak terugverwezen naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden voor herbehandeling.