ECLI:NL:HR:2023:1165

• Datum uitspraak: 8 september 2023
• Publicatiedatum: 7 september 2023
• Zaaknummer: 22/03665
• Instantie: Hoge Raad
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Civiel recht; Verbintenissenrecht
• Procedures: Cassatie
• Rechters: M.V. Polak; H.M. Wattendorff; F.R. Salomons; F.J.P. Lock
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Cassatie over oplevering van werk in verbintenissenrecht

In de zaak van RD Benelux B.V., gevestigd te Geleen, heeft de Hoge Raad op 8 september 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure. RD Benelux, eiseres tot cassatie, heeft beroep ingesteld tegen het arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 5 juli 2022. De verweerder in deze zaak, die niet verschenen is, heeft verstek laten verlenen. De advocaat-generaal S.D. Lindenbergh heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep. De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. De Hoge Raad heeft daarbij geen motivering hoeven geven, omdat de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en RD Benelux veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verweerder zijn begroot op nihil. Dit arrest is gewezen door de vicepresident M.V. Polak als voorzitter en de raadsheren H.M. Wattendorff en F.R. Salomons, en in het openbaar uitgesproken door raadsheer F.J.P. Lock.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 22/03665

Datum 8 september 2023

ARREST

In de zaak van

RD BENELUX B.V.,

gevestigd te Geleen,

EISERES tot cassatie,

hierna: RD Benelux,

advocaat: K. Aantjes,

tegen

[verweerder],

wonende te [woonplaats],

VERWEERDER in cassatie,

hierna: [verweerder],

niet verschenen.

1. Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:

a. de vonnissen in de zaak 7389185 / 18-4644 van de kantonrechter te Middelburg van 4 april 2018, 13 maart 2019 en 20 november 2019;

b. de arresten in de zaak 200.275.423/01 van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 19 mei 2020 en 5 juli 2022.

RD Benelux heeft tegen het arrest van het hof van 5 juli 2022 beroep in cassatie ingesteld.

Tegen [verweerder] is verstek verleend.

De conclusie van de Advocaat-Generaal S.D. Lindenbergh strekt tot verwerping van het cassatieberoep.

De advocaat van RD Benelux heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2. Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3. Beslissing

De Hoge Raad:

- verwerpt het beroep;

- veroordeelt RD Benelux in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] begroot op nihil.

Dit arrest is gewezen door de vicepresident M.V. Polak als voorzitter en de raadsheren H.M. Wattendorff en F.R. Salomons, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer F.J.P. Lock op
8 september 2023 .