In deze zaak heeft [eiser], wonende te [woonplaats], cassatie ingesteld tegen het arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De zaak betreft een geschil over de toepassing van de zogenaamde 'Beklamel-norm' in het kader van bestuurdersaansprakelijkheid, specifiek gerelateerd aan de staking van een hotel door het niet verlenen van een omgevingsvergunning. De Hoge Raad heeft de klachten van [eiser] over het arrest van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. De Hoge Raad heeft daarbij geen verdere motivering hoeven geven, aangezien de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
De Hoge Raad heeft het beroep van [eiser] verworpen en hem veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van Actifood zijn begroot op € 6.971,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente indien [eiser] deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak heeft voldaan. Deze uitspraak is gedaan op 28 januari 2022 en is openbaar uitgesproken door raadsheer H.M. Wattendorff.