In deze zaak hebben HDR Management Support B.V., HDR Capital B.V. en een derde eiser (gezamenlijk aangeduid als HDR c.s.) cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam. De zaak betreft bestuurdersaansprakelijkheid en motiveringsklachten. De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. De Hoge Raad heeft daarbij geen motivering hoeven geven, omdat de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
De Hoge Raad heeft het beroep van HDR c.s. verworpen en hen veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie. De kosten aan de zijde van de verweerster in cassatie zijn begroot op nihil, terwijl de kosten aan de zijde van de tweede verweerder zijn begroot op € 2.177,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente indien HDR c.s. deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak voldoen. Het arrest is gewezen op 22 april 2022 en openbaar uitgesproken door de raadsheer H.M. Wattendorff.