Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het cassatiemiddel
3.Beslissing
20 december 2022.
Hoge Raad
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, dat op 3 september 2021 is gewezen. De verdachte, geboren in 1988, is beschuldigd van medeplegen van medeplichtigheid tot moord op een medewerker van een spy(web)shop. De verdachte zou informatie hebben verstrekt die cruciaal was voor de identificatie en observatie van het slachtoffer, van wie werd vermoed dat hij met de politie had gesproken. De Hoge Raad heeft het cassatiemiddel beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten over de uitspraak van het hof niet kunnen leiden tot vernietiging van die uitspraak. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien het niet nodig was om vragen te beantwoorden die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen op 20 december 2022.