ECLI:NL:HR:2022:1829

Hoge Raad

Datum uitspraak
6 december 2022
Publicatiedatum
7 december 2022
Zaaknummer
22/00057
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Mishandeling met dodelijke afloop door herhaaldelijk slaan, resulterend in val

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch, dat op 24 december 2021 werd gewezen. De verdachte, geboren in 1956, was betrokken bij een mishandeling die in 2020 in Simpelveld plaatsvond. De verdachte heeft een ander meerdere keren tegen het hoofd geslagen, wat leidde tot de val van het slachtoffer en uiteindelijk tot de dood. De Hoge Raad heeft vastgesteld dat er geen cassatiemiddelen zijn ingediend door de verdachte, wat betekent dat de wettelijke vereisten voor het indienen van een schriftuur met klachten niet zijn nageleefd. Hierdoor kon de Hoge Raad het beroep van de verdachte niet in behandeling nemen, conform artikel 437 lid 2 van het Wetboek van Strafvordering. De Hoge Raad heeft het beroep van de verdachte dan ook niet-ontvankelijk verklaard. Deze uitspraak werd gedaan op 6 december 2022 door raadsheer C. Caminada, in aanwezigheid van waarnemend griffier J.D.M. Hart, tijdens een openbare terechtzitting.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer22/00057
Datum6 december 2022
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 24 december 2021, nummer 20-000212-21, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1956,
hierna: de verdachte.

1.Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Cassatiemiddelen zijn namens deze niet voorgesteld.

2.Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep

De wet bepaalt binnen welke termijn een advocaat namens de verdachte een schriftuur met cassatiemiddelen (klachten) bij de Hoge Raad moet indienen. Aan die verplichting is niet voldaan. Het gevolg daarvan is dat de Hoge Raad het beroep van de verdachte niet in behandeling kan nemen (zie artikel 437 lid 2 van het Wetboek van Strafvordering).

3.Beslissing

De Hoge Raad verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Caminada, in bijzijn van de waarnemend griffier J.D.M. Hart, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
6 december 2022.