Uitspraak
gevestigd te Amsterdam,
gevestigd te Emmen,
gevestigd te Oss,
2.Beoordeling van het middel in het principale beroep
3.Beslissing
14 oktober 2022.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 14 oktober 2022 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was ingesteld door de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV) tegen de beschikking van het gerechtshof. De FNV, vertegenwoordigd door advocaat F.M. Dekker, verzocht om cassatie tegen de beslissing van het hof, terwijl de andere partijen, Vleems c.s., vertegenwoordigd door advocaat E.J.H. Zandbergen, een voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep hadden ingesteld. De Hoge Raad heeft de klachten van de FNV beoordeeld, maar kwam tot de conclusie dat deze niet konden leiden tot vernietiging van de beschikking van het hof. Dit oordeel werd gegeven zonder verdere motivering, aangezien de vragen die aan de orde waren niet van belang waren voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. Het incidentele beroep van Vleems c.s. behoeft daardoor geen behandeling. De Hoge Raad heeft het principale beroep van de FNV verworpen en heeft de FNV veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 913,07 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris.