Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het eerste cassatiemiddel
3.Beoordeling van het tweede cassatiemiddel
4.Beoordeling van het derde cassatiemiddel
5.Beslissing
13 april 2021.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 13 april 2021 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De verdachte, geboren in 1959, was betrokken bij een strafzaak waarin hij op 3 mei 2017 vier personen wederrechtelijk van hun vrijheid beroofde. De zaak betreft onder andere de onttrekking aan het verkeer van twee dvd's, een map met documenten, een groene tas en een zwarte koffer, die in beslag waren genomen. De advocaat-generaal had geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak, met name wat betreft de onttrekking aan het verkeer van de genoemde voorwerpen en de toepassing van vervangende hechtenis bij schadevergoedingsmaatregelen. De Hoge Raad oordeelde dat het hof zonder nadere motivering niet begrijpelijk had gemaakt waarom de onttrokken voorwerpen als een gezamenlijkheid moesten worden opgevat, maar dat de verdachte onvoldoende belang had bij vernietiging van de verbeurdverklaring van de dvd's en de map. Daarnaast werd geoordeeld dat de vervangende hechtenis bij de schadevergoedingsmaatregelen niet correct was toegepast. De Hoge Raad vernietigde de uitspraak van het hof voor wat betreft de onttrekking aan het verkeer van de tas en koffer en bepaalde dat gijzeling van gelijke duur kan worden toegepast. De redelijke termijn in de cassatiefase was overschreden, maar er werd geen ander rechtsgevolg aan verbonden. De uitspraak werd voor het overige verworpen.