In deze zaak heeft JetSupport B.V. cassatie ingesteld tegen Rappange Verzekeringen B.V. naar aanleiding van een arrest van het gerechtshof Amsterdam. JetSupport, vertegenwoordigd door advocaat J. den Hoed, betwistte de uitkomst van het hof, dat in zijn arrest van 13 november 2018 had geoordeeld over de toerekenbaarheid van tekortkomingen van de assurantietussenpersoon en de schade die JetSupport zou hebben geleden. Rappange, die ook onder de naam A.J. Driessen & Rappange Verzekeringen opereert, werd vertegenwoordigd door advocaten D.M. de Knijff en M.S. van der Keur. De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten van JetSupport over het arrest van het hof niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad heeft daarbij geen verdere motivering hoeven geven, omdat de vragen die aan de orde waren niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft het cassatieberoep verworpen en JetSupport veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 6.802,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.