Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het cassatiemiddel
3.Beslissing
6 oktober 2020.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 6 oktober 2020 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch. De verdachte, geboren in 1973, had beroep ingesteld tegen de uitspraak van het hof, waarin hem een schadevergoedingsmaatregel was opgelegd. De advocaat-generaal T.N.B.M. Spronken had geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak, maar alleen voor zover het ging om de vervangende hechtenis die was opgelegd bij de schadevergoedingsmaatregel. De Hoge Raad heeft het cassatiemiddel gegrond verklaard en de uitspraak van het hof vernietigd voor zover deze betrekking had op de vervangende hechtenis. De Hoge Raad oordeelde dat in plaats van vervangende hechtenis, gijzeling van gelijke duur kan worden toegepast, conform artikel 6:4:20 van het Wetboek van Strafvordering. De Hoge Raad heeft het beroep voor het overige verworpen.