3.1In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
( i) In 2003 heeft Alsi alle aandelen verworven in Lyempf B.V. (hierna: Lyempf), tot dat moment onderdeel van Numico (Nutricia).
(ii) In 2008 was Lyempf genoodzaakt vreemd kapitaal aan te trekken en toonde de in Griekenland wonende [betrokkene 2] (hierna: [betrokkene 2] ) interesse om te participeren en te investeren in Lyempf. [betrokkene 2] was aandeelhouder en statutair bestuurder van de naar het recht van Liberia opgerichte vennootschap Gramen Shipping and Trading Inc. (hierna: Gramen).
(iii) Op 21 januari 2010 heeft Gramen een ‘firm and binding offer’ gedaan, dat door zowel Lyempf als Alsi is ondertekend.
(iv) Op 16 april 2010 hebben Alsi en Gramen een “Share Purchase agreement” gesloten, waarbij Alsi 80% van de door haar gehouden aandelen in Lyempf aan Gramen heeft verkocht voor € 500.000,--. Onderdeel van de overeenkomst was dat Gramen een bedrag van € 6 miljoen in de vorm van een lening in Lyempf zou investeren (hierna: de Purchaser’s Loan).
( v) Op 20 mei 2010 heeft de aandelenoverdracht plaatsgevonden. Op diezelfde dag hebben Lyempf, Alsi en Gramen een “Seller’s Loan agreement” gesloten (hierna: de Seller’s Loan), waarin de afspraak is neergelegd dat Alsi aan Lyempf een bedrag van € 500.000,-- zou lenen.
(vi) Alsi en Gramen hebben eveneens op 20 mei 2010 voorafgaand aan de aandelenoverdracht een ‘Variation agreement to the share purchase agreement’ (hierna: de Variation Agreement) ondertekend. Deze overeenkomst is mede namens Lyempf “for acceptance and acknowledgement by Lyempf” ondertekend. In de Variation Agreement is de wijze van betaling van de koopprijs voor de aandelen aangepast als volgt:
“2.10 (…)
i. Purchaser shall pay the Purchase Price to Seller, by transferring the amount of the Purchase Price on behalf of Seller to the Company on account of Seller’s Loan and Seller shall be deemed to have granted full and final acquittance to Purchaser for payment of the Purchase Price upon receipt of such amount by the Company; and
ii. Purchaser shall make available the Purchaser’s Loan to the Company.”
(vii) Met ingang van 20 mei 2010 is [betrokkene 2] benoemd tot enig statutair bestuurder van Lyempf.
(viii) Op 26 mei 2010 heeft [betrokkene 2] namens Lyempf een overeenkomst gesloten met Deutsche Bank Londen AG (hierna: Deutsche Bank) waarbij deze laatste een vordering van Lyempf op DSM Food Specialities B.V. heeft gekocht voor een bedrag van € 13.990.000,--.
(ix) Op 27 mei 2010 heeft Lyempf een betaling van Deutsche Bank ontvangen van € 12.490.000,--.
( x) Bij brief van 15 juni 2010 heeft [betrokkene 2] namens Lyempf aan [betrokkene 3] [van [A] Accountants] (hierna: [betrokkene 3] ), die destijds accountant van zowel Lyempf als Alsi was, onder meer het volgende bericht:
“This is to inform you that Gramen Shipping and Trading Inc. has paid on 27-05-2010 an amount of EUR 12.490.000 to the account of LYEMPF B.V.
The payment consists of:
- a loan of EUR 6.000.000 from Gramen to LYEMPF B.V.
- a loan of EUR 500.000 from Alsi Beheer B.V. to LYEMPF B.V. and paid by Gramen Shipping and Trading Inc. on behalf of Alsi Beheer B.V.
- a bridge loan of EUR 5.990.000 to temporarily strengthen the working capital of LYEMPF B.V.
Attached you will find the daily bank statement.”
(xi) Op 16 juni 2010 heeft [betrokkene 3] aan Deutsche Bank Nederland N.V. onder meer het volgende bericht:
“In verband met de ontkoppeling van de financiering tussen Frésena-Salland en Lyempf B.V. kan ik u het volgende mededelen:
Op 27 mei 2010 is door Gramen Shipping and Trading Inc. een bedrag van € 12.490.000 gestort op de rekening van Lyempf B.V. te Kampen.
Dit bedrag is als volgt samengesteld:
- een lening van Gramen Shipping and Trading Inc. aan Lyempf B.V. van € 6.000.000;
- een lening van Alsi Beheer B.V. aan Lyempf B.V. van € 500.000. Dit bedrag is door Gramen Shipping an Trading Inc. gestort namens Alsi Beheer B.V.;
- een overbruggingskrediet van Gramen Shipping and Trading Inc. aan Lyempf B.V. van € 5.990.000.”
(xii) Op 7 april 2011 is Lyempf in staat van faillissement verklaard met aanstelling van de curator als zodanig.
(xiii) Uit onderzoek van een door de curator ingeschakelde deskundige is gebleken dat het hiervoor onder (x) en (xi) genoemde bedrag van € 500.000,-- in werkelijkheid niet door Gramen (voor Alsi) aan Lyempf is voldaan, maar dat dit bedrag onderdeel was van een betaling door Deutsche Bank aan Lyempf uit hoofde van de hiervoor onder (viii) genoemde overeenkomst.
(xiv) [betrokkene 2] heeft de hiervoor onder (x) genoemde brief bewust onjuist opgesteld, in de wetenschap dat de hiervoor onder (ix) genoemde betaling niet van Gramen afkomstig was.
3.2.1De curator vordert in dit geding van Alsi betaling van € 547.386,-- uit hoofde van de rekening-courantverhouding tussen Alsi en Lyempf, te vermeerderen met kosten en rente. Alsi heeft zich tegen die vordering verweerd met een beroep op verrekening met haar vordering uit geldlening op grond van de Seller’s Loan (zie hiervoor in 3.1 onder (v)). De rechtbank heeft het beroep op verrekening verworpen en de vordering van de curator toegewezen.
3.2.2Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd, het beroep op verrekening gehonoreerd, de vordering van de curator tot een bedrag van € 16.509,29 toegewezen en deze voor het overige alsnog afgewezen. In zijn tussenarrest heeft het hof daartoe overwogen:
“5.7. Het hof stelt voorop dat gelet op het bepaalde in artikel 2:240 BW, Lyempf in beginsel is gebonden aan handelingen van haar (enig) statutair bestuurder [betrokkene 2] , waarbij hij optreedt in die hoedanigheid en aldus deze vennootschap bevoegd vertegenwoordigt. Het hof is voorts van oordeel dat indien vast komt te staan dat Lyempf, bevoegd vertegenwoordigd door haar enig statutair directeur, voormelde verklaring (…) heeft afgegeven in antwoord op het verzoek [van] Alsi om een bevestiging te ontvangen van de door haar (via Gramen) te verrichten betaling op de geldlening, voornoemde mededeling niet anders kan worden geduid dan een bevestiging van de betaling op de aan haar verstrekte geldlening waaraan Lyempf in beginsel is gebonden en waardoor Alsi is gekweten. Temeer nu Lyempf op de hoogte was van de inhoud van de Variation Agreement, aangezien zij deze had meeondertekend en zij dus de betekenis van de door haar afgelegde verklaring in volle omvang kende. Aangezien de curator betwist (i) dat de betreffende verklaring op verzoek van Alsi is afgegeven, rust op Alsi, gelet op de hoofdregel van artikel 150 Rv, de bewijslast van het door haar gestelde. Zij zal daartoe, conform haar bewijsaanbod, worden toegelaten tot het bewijs als in het dictum vermeld.