ECLI:NL:HR:2019:1255
Hoge Raad
- Cassatie
- P.M.F. van Loon
- L.F. van Kalmthout
- E.F. Faase
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep van Stichting tegen Staatssecretaris van Financiën inzake verhuurderheffing over 2014 en 2015
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 19 juli 2019 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van de Stichting tegen de Staatssecretaris van Financiën. De zaak betreft de verhuurderheffing die door de Stichting over de jaren 2014 en 2015 op aangifte is voldaan. De Stichting had eerder hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de Rechtbank Gelderland, die op haar beurt weer was voortgekomen uit een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De Hoge Raad heeft de middelen die door de Stichting zijn voorgesteld in het cassatieberoep beoordeeld.
De Hoge Raad oordeelde dat de voorgestelde middelen niet tot cassatie konden leiden. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, dat stelt dat er geen nadere motivering nodig is wanneer de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Daarnaast heeft de Hoge Raad geen aanleiding gezien om de Staatssecretaris van Financiën te veroordelen in de proceskosten. De uitspraak van de Hoge Raad houdt in dat het beroep in cassatie ongegrond is verklaard, waarmee de eerdere uitspraken van de lagere rechters in stand blijven. Dit arrest is gewezen door de raadsheer P.M.F. van Loon als voorzitter, samen met de raadsheren L.F. van Kalmthout en E.F. Faase, en is openbaar uitgesproken op 19 juli 2019.