Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Een proces-verbaal van bevindingen, d.d. 4 december 2013, p. 8 t/m 11, opgemaakt en ondertekend door verbalisanten [verbalisant 1] (brigadier) en [verbalisant 2] (hoofdagent) voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten:
Op 3 december 2013, omstreeks 10.00 uur, stelden wij een onderzoek in op het erf [a-straat 1] te Tilburg. Wij zagen dat op het erf drie volières aanwezig waren en verschillende vogelkooien. Wij zagen dat op het erf meerdere vangkooien hingen of stonden.
(...)
2. Een proces-verbaal van bevindingen, d.d. 14 december 2013, p. 19 t/m 26, opgemaakt en ondertekend door verbalisant [verbalisant 3] (districtsinspecteur), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant:
Op 3 december 2013, omstreeks 11.00 uur, heb ik ter plaatse een onderzoek ingesteld bij perceel [a-straat 1] te Tilburg naar de aanwezigheid van levende beschermde inheemse diersoorten (vogels). Nadat was vastgesteld dat er beschermde inheemse vogels in de volières aanwezig waren, waarvan sommige niet geringd waren, heb ik de vogels uit de drie volières en de vogelkooi gevangen en bij de opslaghouder zijn de volgende vogels onderzocht:
- 3 sijzen (spinus spinus) (voorheen Carduelis spinus genaamd);
- 5 kleine putters (Carduelis carduelis);
- 8 pimpelmezen (Cyanistes caeruleus) (voorheen Parus caeruleus genaamd);
- 2 kepen (Fringilla montifringilla);
- 2 groenlingen (Chloris chloris) (voorheen Carduelis chloris genaamd);
- 4 vinken (Fringilla coelebs);
- 1 Noordse goudvink (Pyrrhula pyrhulla);
- 3 roodborsten (Erithacus rubecula);
- 1 zwartkop (Sylvia atricapilla);
- 1 heggenmus (Prunella modularis);
- 4 merels (Turdus merula);
- 1 zanglijster (Turdus philomelos);
- 11 staartmezen (Aegithalos caudatus);
- 1 koolmees (Parus major).
Bovengenoemde vogels waren volwassen vogels en niet ziek of gewond en zijn beschermde inheemse diersoorten (vogels) als bedoeld in artikel 4, lid 1, onder b, van de Flora- en faunawet.
Voornoemde vogels behoren tot een soort welke van nature voorkomen op het Europese grondgebied van de Lidstaten van de Europese Unie. Deze vogels behoren niet tot de gedomesticeerde soorten welke bij algemene maatregel van bestuur zijn aangewezen.
Deze levende beschermde inheemse diersoorten (vogels) komen voor op de Bekendmaking lijsten beschermde inheemse diersoorten als bedoeld in artikel 4, lid 4, van de Flora- en faunawet welke in de Staatscourant zijn bekend gemaakt.
Het onder zich hebben van deze levende beschermde inheemse diersoorten (vogels) is toegestaan als de houder kan aantonen dat de vogels gefokt zijn en deze vogels zijn voorzien van een juiste pootring.
Bij onderzoek aan deze levende beschermde diersoorten (vogels) bleek mij het volgende.
Bij deze vogels zag ik dat deze geringd waren met een ring die niet voldeed aan de wettelijke eisen, dan wel dat deze vogels in zijn geheel geen ring om hadden.
Bij vijf kleine putters (nummers 4, 5, 6, 7, 8), twee pimpelmezen (nummer 15 en 16), twee kepen (nummer 17 en 18), een vink (nummer 21) en een roodborst (nummer 26) zag ik sporen van een tang op de ring zitten.
Bij drie kleine putters (nummer 6, 7 en 8), een vink (nummer 21), een Noordse goudvink (nummer 25) en drie staartmezen (nummers 42, 45 en 46) zag ik dat de rand van de ring beschadigd was.
Bij de sijzen nummers 1, 2 en 3, de kleine putters nummers 4, 5, 6, 7 en 8, de pimpelmezen nummers 10, 11, 12, 15 en 16, de kepen nummers 17 en 18, de vink nummer 21, de roodborsten nummers 26 en 27, de zwartkop nummer 29, de heggenmus nummer 30, de merels nummers 31 en 32 (ring uitgehold en van binnen beschadigd) en de staartmezen nummers 37, 39, 41, 42, 44, 46 en 47 zag ik dat de aangetroffen ring beduidend groter dan wel groter was dan de voor de betreffende vogel voorgeschreven ringmaat.
Bij de sijzen nummer 1, 2 en 3, de pimpelmezen nummer 9, 10, 11 en 12, de roodborst nummer 27, de zwartkop nummer 29, de heggenmus nummer 30, de merel nummer 31, de zanglijster nummer 35 en de staartmezen nummer 37, 39, 41, 44 en 47 bevatte de ring geen (bonds)code of ringmaat.
Bij de kleine putters nummer 5, 6 en 7, de keep nummer 17, de Noordse goudvink nummer 25, de roodborst nummer 26 en de staartmezen nummer 42, 45 en 46 was de ring dan wel de rand van de ring niet rond.
Bij de pimpelmees nummer 9, de groenlingen nummers 19 en 20, de zwartkop nummer 29 en de heggenmus nummer 30, bevatte de ring geen breukzone dan wel was de ring aangebracht door een ringstation en was open.
Bij de vinken nummer 22, 23 en 24 en de zanglijster nummer 35 was de breuklijn van de ring opengebroken/de ring gebroken
De navolgende vogels hadden geen ring om: pimpelmezen nummers 13 en 14, roodborst nummer 28, merels nummer 33 en 34, koolmees nummer 36, staartmezen nummer 38, 40 en 43.
De pootringen van voornoemde vogels zijn door mij met een digitale schuifmaat opgemeten. De pootringen van voornoemde beschermde inheemse diersoorten (vogels) waren geen gesloten pootringen als bedoeld in artikel 1 onder b van het Besluit vrijstelling beschermde dier- en plantensoorten en artikel 1, onder e, van de Regeling afgifte en kenmerken gesloten pootringen en andere merktekens.
3. Een proces-verbaal van verhoor verdachte, d.d. 3 december 2013, p. 15 t/m 18, opgemaakt en ondertekend door verbalisant [verbalisant 4] (hoofdagent), voor zover inhoudende als verklaring van verdachte, afgelegd op 3 december 2013:
Ik ben woonachtig aan de [a-straat 1] te Tilburg. Ik heb achter in de tuin 3 volières staan. Ik weet dat er klepkooien in mijn tuin stonden. Al deze kooien zijn mijn eigendom. Alle vogels die in de volières in mijn tuin zaten zijn mijn eigendom.
De vogels zonder ring heb ik gevangen met de klepkooitjes. Ik weet dat dit illegaal is.
4. De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep op 8 januari 2016, voor zover inhoudende:
Op 3 december 2013 heeft de politie bij mij in de tuin kooien aangetroffen. Die had ik daar neergezet.
Het zou kunnen dat er negen vogels tussen zaten zonder pootring. Die waren via de kooitjes binnen gekomen.
Ik heb niet gekeken of de ringen van de geringde vogels de goede ringmaat was."