ECLI:NL:HR:2018:737

Hoge Raad

Datum uitspraak
22 mei 2018
Publicatiedatum
22 mei 2018
Zaaknummer
16/03381
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen bedreiging van opsporingsambtenaren en het vervoeren van hennep

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 1 juli 2016, waarin de verdachte is veroordeeld voor het medeplegen van bedreiging van opsporingsambtenaren en het opzettelijk vervoeren van 100 kilo hennep. De verdachte heeft tijdens een vlucht voor de politie vanuit een busje met vuurwapens meerdere schoten afgevuurd. De Hoge Raad heeft op 22 mei 2018 uitspraak gedaan in deze zaak, onder zaaknummer 16/03381.

De verdediging heeft in cassatie aangevoerd dat het Hof een verklaring van een niet ondervraagde getuige ten onrechte tot bewijs heeft gebezigd. Daarnaast is er een bewijsklacht ingediend met betrekking tot het medeplegen. De Advocaat-Generaal D.J.C. Aben heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep, en de Hoge Raad heeft geoordeeld dat de middelen niet tot cassatie kunnen leiden. Dit behoeft volgens de Hoge Raad geen nadere motivering, omdat de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, en dit arrest is uitgesproken door vice-president J. de Hullu als voorzitter, samen met de raadsheren E.S.G.N.A.I. van de Griend en M.J. Borgers, in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz.

Uitspraak

22 mei 2018
Strafkamer
nr. S 16/03381
ES
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 1 juli 2016, nummer 20/001019-14, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1971.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft R.J. Baumgardt, advocaat te Rotterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal D.J.C. Aben heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De raadsman en P. van Dongen, advocaat te Rotterdam, hebben daarop schriftelijk gereageerd.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren E.S.G.N.A.I. van de Griend en M.J. Borgers, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
22 mei 2018.