ECLI:NL:HR:2018:562

Hoge Raad

Datum uitspraak
3 april 2018
Publicatiedatum
11 april 2018
Zaaknummer
16/06298
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Betekening van de appeldagvaarding in hoger beroep en de rechtsgeldigheid daarvan

In deze zaak gaat het om de rechtsgeldigheid van de betekening van de appeldagvaarding aan de verdachte, die op het moment van de behandeling in hoger beroep woonachtig was in Brussel, België. De Hoge Raad oordeelt dat het Hof niet voldoende heeft onderzocht of er navraag is gedaan bij de laatst bekende gemeente in Nederland over de verblijfplaats van de verdachte. De appeldagvaarding was uitgereikt aan de griffier, omdat er geen woon- of verblijfplaats van de verdachte in Nederland bekend was. De Hoge Raad stelt vast dat het Hof alleen had kunnen oordelen dat de appeldagvaarding rechtsgeldig was betekend, indien er bij de desbetreffende gemeente in Nederland navraag was gedaan over de adresgegevens van de verdachte. Aangezien het Hof niet heeft aangetoond dat deze navraag is gedaan, is het oordeel van het Hof ontoereikend gemotiveerd. De Hoge Raad vernietigt de bestreden uitspraak en wijst de zaak terug naar het Gerechtshof Amsterdam voor een nieuwe behandeling.

Uitspraak

3 april 2018
Strafkamer
nr. S 16/06298
JH
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 31 oktober 2014, nummer 23/001746-14, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1978.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft S. Ben Tarraf, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en tot terugwijzing van de zaak naar het gerechtshof Amsterdam opdat de zaak opnieuw wordt berecht en afgedaan.

2.Beoordeling van het middel

2.1.
Het middel klaagt over het oordeel van het Hof dat de dagvaarding in hoger beroep rechtsgeldig is betekend.
2.2.
Op de gronden die zijn vermeld in de conclusie van de Advocaat-Generaal is het middel terecht voorgesteld.

3.Slotsom

Hetgeen hiervoor is overwogen brengt mee dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven en als volgt moet worden beslist.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
vernietigt de bestreden uitspraak;
wijst de zaak terug naar het Gerechtshof te Amsterdam, opdat de zaak op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren Y. Buruma en V. van den Brink, in bijzijn van de waarnemend griffier S.P.J. Lugtenburg, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
3 april 2018.