ECLI:NL:HR:2018:431

Hoge Raad

Datum uitspraak
27 maart 2018
Publicatiedatum
27 maart 2018
Zaaknummer
16/01048
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen beschikking inzake beslag ex. art. 94 Sv op personenauto

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een beschikking van de Rechtbank Amsterdam, gedateerd 10 februari 2016, met nummer RK 15/8781. De klaagster, vertegenwoordigd door advocaat P.J. Hoogendam, heeft een klaagschrift ingediend op basis van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) betreffende een beslag op een personenauto. De Hoge Raad behandelt de middelen die zijn voorgesteld in de schriftuur, die aan de beschikking is gehecht. De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

De Hoge Raad overweegt dat de voorgestelde middelen niet tot cassatie kunnen leiden. Dit wordt onderbouwd met verwijzing naar artikel 81, eerste lid, van de Reglement van Orde (RO), waaruit blijkt dat de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad komt tot de conclusie dat de middelen ongegrond zijn en verwerpt het beroep.

De beschikking is gegeven op 27 maart 2018 door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, samen met de raadsheren A.L.J. van Strien en M.J. Borgers, in aanwezigheid van de waarnemend griffier E. Schnetz. De uitspraak vond plaats ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

27 maart 2018
Strafkamer
nr. S 16/01048 B
ABO
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Amsterdam van 10 februari 2016, nummer RK 15/8781, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552a Sv, ingediend door:
[klaagster], gevestigd te [vestigingsplaats].

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de klaagster. Namens deze heeft P.J. Hoogendam, advocaat te 's-Gravenhage, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81, eerste lid, RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren A.L.J. van Strien en M.J. Borgers, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
27 maart 2018.