Uitspraak
1.Geding in cassatie
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
20 februari 2018.
Hoge Raad
Op 20 februari 2018 heeft de Hoge Raad der Nederlanden uitspraak gedaan in de zaak met nummer 17/01737, waarin het Openbaar Ministerie in cassatie is gegaan tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 28 december 2016. Deze zaak betreft de Valkenburgse zedenzaak, waarin het beroep in cassatie is ingesteld door het Openbaar Ministerie. De raadsvrouwe van de verdachte, F.W. Oehlen, heeft het beroep tegengesproken. De Advocaat-Generaal G. Knigge heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het middel, op de gronden vermeld in het eerder uitgesproken arrest in de zaak 17/00158 (ECLI:NL:HR:2018:202), niet tot cassatie kan leiden. De Hoge Raad heeft het beroep van het Openbaar Ministerie dan ook verworpen. Deze uitspraak is gedaan door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, samen met de raadsheren V. van den Brink, E.S.G.N.A.I. van de Griend, A.L.J. van Strien en M.J. Borgers, in aanwezigheid van de griffier S.P. Bakker, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.