Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Een geschrift, te weten een schriftelijke verklaring van de verdachte, op 24 mei 2017 door de verdediging aan het Hof verstrekt, voor zover inhoudende:
Ik heb [betrokkene 1] (het Hof begrijpt: [betrokkene 1] ) leren kennen via [medeverdachte] (het Hof begrijpt: de medeverdachte [medeverdachte] ). [medeverdachte] vroeg in de periode maart-mei 2010 of een donatie van [betrokkene 1] op mijn Citibank-rekening mocht worden gestort. Ik ben ermee akkoord gegaan dat de donatie op mijn rekening zou worden gestort en ik heb daartoe mijn bankgegevens aan [medeverdachte] gegeven. Ik zou een gedeelte van de flinke bedragen die ik had voorgefinancierd door de donatie van [betrokkene 1] terugbetaald krijgen.
In mei 2010 ontving ik de eerste overboeking en in juni 2010 de tweede. Na de eerste overboeking in mei 2010 heb ik een geldbedrag van 15.000 USD overgeboekt naar [C] Ltd. De creditcard schuld van [C] zou met de donaties van [betrokkene 1] worden afgelost. In juni 2010 waren [medeverdachte] en ik een paar dagen in Miami. Ik heb daar een aantal cheques gekocht. Een gedeelte daarvan, ter waarde van 100.000 USD, is gekocht op naam van [A] . Dit werd gedaan om mijn schuld af te lossen die ik bij [A] had gemaakt. Dit heb ik zo met [medeverdachte] afgesproken. Dit bedrag heb ik laten storten op de bankrekening van [A] . Dit bedrag is in mindering gebracht op de persoonlijke schuld die ik bij [A] had. Op dezelfde dag dat ik de cheques op naam van [A] heb gekocht, heb ik ook een cheque gekocht op naam van [medeverdachte] . Ik wist van [medeverdachte] dat een gedeelte van de donatie daarnaartoe moest. Op 14 juni 2010 kwam het tweede gedeelte van de donatie van [betrokkene 1] op mijn rekening. Ik heb toen opnieuw een cheque gekocht op naam van [medeverdachte].
2. De verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting in hoger beroep op 12 juni 2017, inhoudende, zakelijk weergegeven:
Het klopt dat [medeverdachte] aan mij heeft gevraagd of er bepaalde bedragen op mijn rekening in de USA konden worden gestort. Ik vond dat goed. Ik wilde niet dat het op mijn privérekening in Curaçao zou worden gestort. Hij heeft mij de hoogte van de bedragen genoemd. De betalingen waren afkomstig van een ander bedrijf, maar ik wist dat het geld afkomstig was van [betrokkene 1] . Het was bedoeld voor de campagne. Ik had begrip voor zijn wens om de betalingen niet aan [medeverdachte] te doen, maar via mijn rekening, zodat het anoniem zou blijven. [medeverdachte] en ik hebben in Amerika het geld met cheques van mijn bankrekening opgenomen, dat is makkelijker, vooral als het om grotere bedragen gaat. Je toont je paspoort en je pas aan de balie en dan kan je het geld meteen opnemen. Ik kan met die rekening ook internetbankieren, maar dat is gecompliceerder, met name bij bedragen van meer dan 10.000 dollar. De betaling wordt dan namelijk eerst ongeveer een week aangehouden. Je moet redenen geven en dan gaan ze je bellen en moet je je identificeren.
3. Een geschrift, te weten een schriftelijke verklaring van de medeverdachte [medeverdachte] , op 24 mei 2017 door de verdediging aan het Hof verstrekt, voor zover inhoudende:
Ik ken [betrokkene 1] al jaren. Begin mei 2010 bood [betrokkene 1] me aan om donaties te doen. [betrokkene 1] wilde niet dat dit publiekelijk bekend werd. Overeengekomen is dat de donatie(s) van [betrokkene 1] zou(den) worden gestort op de rekening van [verdachte] (het Hof begrijpt: de medeverdachte [verdachte] ). [verdachte] wist dat er geld van [betrokkene 1] binnen zou komen op haar rekening. Zij ging hiermee akkoord. Ik heb de bankgegevens van [verdachte] aan [betrokkene 1] doorgegeven. Op mijn laptop, alsmede op mijn externe harde schijf, zijn digitale bestanden/facturen aangetroffen. De Sony laptop was van mij. De harde schijf die bij [A] is aangetroffen, is ook van mij. Ik heb [verdachte] gevraagd die harde schijf voor mij te bewaren. Ik heb begrepen dat zij die op haar werk heeft bewaard. Op een gegeven moment [is/zijn een van] de aangetroffen (digitale) facturen naar mij toegestuurd door [betrokkene 1] , naar ik mij kan herinneren via [onder meer] e-mail. [betrokkene 1] heeft de donatie in twee keer gegeven. Een eerste keer heeft hij in mei 2010 een bedrag overgemaakt en in juni 2010 heeft hij nogmaals een bijdrage overgemaakt. Er zijn bedragen overgemaakt naar [C] Ltd. Ik ben begunstigde van [C] Ltd. We waren in juni 2010 een paar dagen in Miami (het Hof begrijpt: in de Verenigde Staten van Amerika). [verdachte] heeft daar twee cheques op naam van [A] en twee op naam van [medeverdachte] gekocht. Er is voor 100.000 dollars aan cheques op naam van [A] gekocht. Die twee bedragen (via cheques) zijn op de rekening van [A] gestort en in mindering gebracht op de persoonlijke schuld van [verdachte] aan [A] . Van de op naam van de [medeverdachte] gekochte cheques is een groot gedeelte op mijn MCB-rekening gestort.
4. Een ambtsedig proces-verbaal "vermoeden valsheid en geschrift en witwassen contra [medeverdachte] en [verdachte] en ambtelijke corruptie contra [medeverdachte] ", gesloten op 11 februari 2015, PV-nummer 187086 (zaakdossier), voor zover inhoudende:
(p. 18) Op 27 augustus 2010 richt verdachte [medeverdachte] de politieke partij Movementu Futuro Korsou (MFK) op. Op 10 oktober 2010, bij de totstandkoming van het land Curaçao, is verdachte [medeverdachte] minister-president van dat land. Deze functie heeft hij bekleed tot eind september 2012.
(p. 24) Verdachte [verdachte] is bestuurder en directeur van de vennootschap [A] NV op Curaçao. Deze vennootschap drijft een onderneming in brandstoffen en aanverwante zaken.
(p. 53) Citibank heeft de informatie verstrekt dat op 14 mei 2010 op een Citibankrekening op naam van verdachte [verdachte] een bedrag van USD 140.000,00, afkomstig van [B] Limited via de Banca Popolare di Milano is ontvangen.
(p. 54-55) Vanaf de Citibankrekening van verdachte [verdachte] zijn de volgende geldstromen op gang gekomen:
- op 17 mei 2010 is USD 15.000 overgemaakt naar een bankrekening op naam van [C] Limited bij de UBS te Genève in Zwitserland;
- op 14 juni 2010 is USD 10.000 overgemaakt naar een bankrekening op naam van [C] Limited bij de UBS te Genève in Zwitserland;
- op 11 juni 2010 is door middel van drie cheques een bedrag van de Citibankrekening contant opgenomen. Het betreft twee cheques van elk USD 50.000,00 en één cheque van USD 20.000,00;
- op 14 juni 2010 is door middel van een cheque een bedrag van USD 53.422,00 van de Citibankrekening contant opgenomen.
(p. 58-60) [C] Ltd. is gevestigd op de Marshall Islands en heeft een bankrekening bij de UBS AG te Genève. Alle door de RST verkregen bankafschriften van die bank zijn geadresseerd aan " [C] Ltd, BP Geneve", zonder nadere adresaanduiding.
(p. 66-67) Op 15 juni 2010 is een bedrag van ANG 89.000,00 ontvangen op de MCB rekening van [A] . Op 16 juni 2010 is opnieuw een bedrag van ANG 89.000,00 ontvangen op de MCB rekening van [A] . Deze bedragen zijn in mindering gebracht op de vordering die [A] op verdachte [verdachte] heeft.
(p. 81-82) Naar aanleiding van een rechtshulpverzoek Italië is een CD-rom verkregen, met excelbestanden erop, waaruit naar voren is gekomen dat vanaf een bankrekening die [B] aanhoudt bij Banca Populare di Milano twee betalingen zijn verricht naar [verdachte] bij de Citibank in Amerika, waaronder een bedrag van € 61.240,71 op 10 juni 2010.
Informatie van Citibank USA houdt in dat op 14 juni 2010 USD 73.422,00 door de Banca Populare di Milano is gestort op de rekening van [verdachte] , met als opdrachtgever [B] Limited.
(p. 85) De twee cheques met een totaalbedrag van USD 73.422,00 zijn op 15 juni 2010 aangeboden aan de Orco Bank te Curaçao en bijgeschreven op de bankrekening van [medeverdachte] ."