Uitspraak
wonende te [woonplaats] ,
zetelende te ’s-Gravenhage,
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
het Instituut Asbestslachtoffers (IAS) gehanteerde normbedragen bij wijze van schadevergoeding aan [eiser] betaald. Deze schadevergoeding bestond uit een vergoeding voor immateriële schade van € 51.395,-- en uit een voorschot op materiële schade van tweemaal een bedrag van € 2.858,--.
heeft - destijds op grond van de toenmalige Arbeidsomstandighedenwet en thans op grond van de Arbeidsomstandighedenwet 1998 - om toezicht te houden op onder meer de naleving van het hiervoor in 3.3 genoemde verbod op het gebruik van asbest, dat destijds was vervat in het Asbestbesluit Arbeidsomstandighedenwet (aanvankelijk in de vorm van de hiervoor in 3.3 bedoelde beperkingen)en dat thans is opgenomen in het Arbeidsomstandighedenbesluit. Bij de uitvoering van haar taak en het gebruik van de daarbij behorende bevoegdheden komt de Arbeidsinspectie, gelet op de aard van die taak en bevoegdheden, in beginsel een grote mate van beleids- en beoordelingsvrijheid toe.
4.Beslissing
2 juni 2017.