ECLI:NL:HR:2017:841

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 april 2017
Publicatiedatum
10 mei 2017
Zaaknummer
15/03456
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van de strafoplegging in een cassatieprocedure betreffende hennepteelt

In deze zaak gaat het om een beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam, waarbij de verdachte was veroordeeld voor opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet. De Hoge Raad heeft op 18 april 2017 uitspraak gedaan in deze zaak, met zaaknummer 15/03456. De verdachte was eerder veroordeeld voor hennepteelt, maar de Hoge Raad oordeelt dat de motivering van de strafoplegging niet voldoende is onderbouwd. De Advocaat-Generaal had geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak, maar uitsluitend wat betreft de strafoplegging, en tot terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof Amsterdam. De Hoge Raad oordeelt dat de vaststelling van de eerdere veroordeling niet zonder meer begrijpelijk is, aangezien het uittreksel Justitiële Documentatie geen steun biedt voor de bewering dat de verdachte eerder onherroepelijk was veroordeeld. Hierdoor is de strafoplegging ontoereikend gemotiveerd. De Hoge Raad vernietigt de bestreden uitspraak, maar alleen wat betreft de strafoplegging, en wijst de zaak terug naar het Gerechtshof Amsterdam voor herbehandeling. Het beroep wordt voor het overige verworpen.

Uitspraak

18 april 2017
Strafkamer
nr. S 15/03456
CB/ABO
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 20 juli 2015, nummer 23/002034-14, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1986.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft B.P. de Boer, advocaat te Amsterdam, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal F.W. Bleichrodt heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak, maar uitsluitend wat betreft de strafoplegging, tot terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof Amsterdam, teneinde in zoverre op het bestaande beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan en tot verwerping van het beroep voor het overige.

2.Beoordeling van het middel

2.1.
Het middel klaagt over de strafmotivering.
2.2.
De verdachte is ter zake van "opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod", veroordeeld tot vier maanden gevangenisstraf. De strafoplegging is onder meer als volgt gemotiveerd:
"Blijkens een de verdachte betreffend Uittreksel Justitiële Documentatie van 30 juni 2015 is de verdachte eerder voor hennepteelt onherroepelijk veroordeeld. Het hof houdt bij de strafmaat rekening met het feit dat een eerdere veroordeling de verdachte niet heeft weerhouden van het wederom opzetten van een hennep(stekken)kwekerij."
2.3.
De vaststelling dat de verdachte eerder voor hennepteelt onherroepelijk is veroordeeld, is niet zonder meer begrijpelijk aangezien voormeld uittreksel daarvoor geen steun biedt. De strafoplegging is daarom ontoereikend gemotiveerd.
2.4.
Het middel is terecht voorgesteld.

3.Slotsom

Hetgeen hiervoor is overwogen brengt mee dat de bestreden uitspraak niet in stand kan blijven en als volgt moet worden beslist.

4.Beslissing

De Hoge Raad:
vernietigt de bestreden uitspraak maar uitsluitend wat betreft de strafoplegging;
wijst de zaak terug naar het Gerechtshof Amsterdam, opdat de zaak in zoverre op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan;
verwerpt het beroep voor het overige.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.A.M. van Schendel als voorzitter, en de raadsheren H.A.G. Splinter-van Kan en Y. Buruma, in bijzijn van de griffier S.P. Bakker, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
18 april 2017.