Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:
"1. Een proces-verbaal van aangifte d.d. 13 juni 2011 van de politie Rotterdam-Rijnmond met nr. PL1700 2011168362-10. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
als de op 13 juni 2011 afgelegde verklaring van [verbalisant 1]:
Ik ben werkzaam als controleur openbaar vervoer bij RET. Op zaterdag 4 juni 2011 ben ik tijdens een controle betrokken geraakt bij een incident, waarbij een verdachte is aangehouden en overgebracht naar het politiebureau. Die avond hadden wij een controle op de tramhalte Molenvliet in Rotterdam-Lombardijen. De verdachte beledigde ons en verzette zich tijdens zijn aanhouding.
Ik heb tijdens het incident een middenhandsbeentje in mijn linkerhand gebroken. Gedurende het verzet van de verdachte hield ik de rechterarm van de man vast. Dit in een poging om de verdachte onder controle te brengen. Tijdens het onder controle brengen ben ik ook nog gevallen, samen met de verdachte. Mijn opgezwollen hand was het gevolg van het verzet van de verdachte.
2. Een geschrift, zijnde een FARR-verklaring d.d. 4 juli 2011, opgemaakt en ondertekend door de arts M. Mulders Deze geneeskundige verklaring houdt onder meer in –zakelijk weergegeven-:
als relaas van deze arts:
Medische informatie/Letselbeschrijving [verbalisant 1], geboortedatum [geboortedatum]-1970.
Objectieve bevindingen: Röntgenonderzoek liet breuk in buitenste handwortelbeentje in de linkerhand zien.
Bijkomende gegevens: Er werd een gipsverband aangemeten.
Genezingsduur: Tenminste 6 weken.
3. Een proces-verbaal van aangifte d.d. 23 juni 2011 van de politie Rotterdam-Rijnmond met nr. PL1700 2011187698-1. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
als de op 23 juni 2011 afgelegde verklaring van [verbalisant 2]:
Ik ben werkzaam als controleur openbaar vervoer bij RET. Op zaterdag 4 juni 2011 ben ik tijdens een controle betrokken geraakt bij een incident, waarbij een verdachte is aangehouden en overgebracht naar het politiebureau. Die avond hadden wij een controle op de tramhalte Molenvliet in Rotterdam-Lombardijen. De verdachte beledigde ons en verzette zich tijdens zijn aanhouding.
Ik heb door het incident een pijnlijke linkerhand en rechteronderarm opgelopen. Mijn linkerhand is tijdens dit incident gekneusd.
Gedurende het verzet van de verdachte hield ik de linkerarm van de man vast. Dit in een poging om de verdachte onder controle te brengen. Mijn opgezwollen linkerhand en.de pijn aan mijn rechteronderarm waren het gevolg van het verzet van de verdachte.
Op politiebureau Zuidplein is mijn linkerhand en mijn rechteronderarm gezien door een politiearts. Deze stelde vast dat mijn linkerhand gekneusd was en dat de verwonding aan mijn rechteronderarm een bijtwond was.
4. Een proces-verbaal van aangifte d.d. 23 juni 2011 van de politie Rotterdam-Rijnmond met nr. PL1700 2011187694-1. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
als de op 23 juni 2011 afgelegde verklaring van [verbalisant 3]:
Ik ben werkzaam als controleur openbaar vervoer bij RET. Op zaterdag 4 juni 2011 ben ik tijdens een controle betrokken geraakt bij een incident, waarbij een verdachte is aangehouden en overgebracht naar het politiebureau. Die avond hadden wij een controle op de tramhalte Molenvliet in Rotterdam-Lombardijen. De verdachte beledigde ons en verzette zich tijdens zijn aanhouding. Hierbij heb ik een pijnlijke schouder opgelopen. De verdachte duwde mij vol in mijn rug, waardoor ik met mijn linkerschouder tegen een vasthoudstang van de tram botste. Toen de verdachte uiteindelijk is afgevoerd, merkte ik dat ik veel pijn in mijn schouder had.
5. Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 4 juni 2011 van RET NV met nr. KJ4826-3. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
als relaas van de betreffende (buitengewoon) opsporingsambtenaar [verbalisant 4]:
Ik hoorde dat [verdachte] ineens verbaal agressief reageerde richting mij met de woorden: "jij bent een kanker Marokkaan" en "jij bent een grote lul".
Ik zag dat [verdachte] ook in deze tram stapte en doorliep naar achteren. Ik stond achterin en zag dat [verdachte] collega [verbalisant 3] opzettelijk en met kracht een duw gaf in zijn rug.
Ik voelde dat [verdachte] zich ging verzetten. Ik voelden namelijk dat [verdachte] zich los wilde trekken door met zijn armen hevig te gaan bewegen. Ik voelde dat ik [verdachte] niet onder controle kon houden en heb toen hulp gekregen van mijn collega's.
6. Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 4 juni 2011 van RET NV met nr. KJ4826-8. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
als relaas van de betreffende (buitengewoon) opsporingsambtenaar [verbalisant 2]:
Ik zag dat mijn collega [verbalisant 4] [verdachte] opnieuw vastpakte. Ik zag dat [verdachte] zich losrukte en ging staan. Ik heb hierop [verdachte] ook vastgepakt. Ik voelde dat [verdachte] zich hevig verzette. Dit deed [verdachte] door zich los te rukken en om zich heen te slaan, kennelijk met de bedoeling mij en mijn collega's opzettelijk te raken en een poging om zich te onttrekken aan zijn aanhouding.
Tijdens de worsteling met [verdachte] voelde ik een hevige pijn in mijn linkerhand en linker onderarm. [verdachte] heeft mij enkele keren opzettelijk geraakt door het verzet wat hij op dat moment pleegde. Ik voelde onder andere de nagels van [verdachte] in mijn linkeronderarm en heb deze tijdens het verzet ook terug getrokken.
7. Een proces-verbaal van bevindingen d.d. 4 juni 2011 van RET NV met nr. KJ4826-5. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven -:
als relaas van de betreffende (buitengewoon) opsporingsambtenaar [verbalisant 5]:
Ik zag dat [verdachte] naar de achterkant van de tram liep. Ik zag dat [verdachte] naar mijn collega [verbalisant 3], die aan het controleren was, toeliep. Ik zag dat [verdachte] vol tegen de achterkant van [verbalisant 3] aan liep. Ik zag dat [verdachte] dit opzettelijk en met meer dan geringe kracht deed. Ik zag dat [verbalisant 3] door deze handeling van [verdachte] tegen een paal aanviel.
Ik zag dat collega [verbalisant 1], die zich ook in de tram bevond, [verdachte] probeerde vast te pakken. Ik zag dat [verdachte] zich hiertegen verzette. Ik zag dat hij zich verzette door wild om zich heen te slaan.
Ik zag dat [verbalisant 4] [verdachte] vastpakte. Ik zag dat [verdachte] zich ging verzetten door zich los te willen rukken en een andere richting op wilde gaan dan dat collega [verbalisant 4] wilde hebben. Ik zag dat collega [verbalisant 1] [verdachte] nu ook vastpakte. Ik zag ook dat collega [verbalisant 2] [verdachte] probeerde vast te pakken. Ik zag dat [verdachte] zich meer ging verzetten."